Quantcast
Channel: Over straatnamen met name
Viewing all 277 articles
Browse latest View live

Bewoners van de Peperstraat: moerasvolk of rijke kooplui?

$
0
0
Op tientallen plaatsen in Nederland liggen Peperstraten. Vaak wordt verteld dat deze straten herinneren aan ons rijke koopmansverleden, toen er volop in peper werd gehandeld en er in alle steden peperpakhuizen moeten zijn geweest. Voor de meeste Peperstraten geldt echter een heel ander verhaal.

Peper werd al als specerij gebruikt door oude volken als de Perzen, de Egyptenaren, de Grieken en de Romeinen. In de Middeleeuwen was het in Europa echter nog bijzonder schaars, en daardoor 'peperduur'. Het waren toen vooral de Arabieren die peper naar Europa brachten. Rond 1500 ontdekte de Portugees Vasco da Gama dat je rond Kaap de Goede Hoop naar 'de Oost' kon varen, en vanaf dat moment brachten ook de Portugezen peper naar Europa. Daarmee verdween de schaarste. De Nederlanders zagen wel wat in de handel in peper en andere specerijen uit Oost-Indië. Dat was een van de redenen dat in 1602 de Vereenigde Oostindische Compagnie werd opgericht. Er ontstond een - letterlijk en figuurlijk - rijke handel in peper. Op een gegeven moment werd meer dan de helft van de Europese peperconsumptie door de VOC aangevoerd; peper vormde in de 17e eeuw ongeveer één derde van de totale veilingopbrengsten in ons land. Allemaal bijzonder interessant, maar de vraag is natuurlijk: is die rijke handel inderdaad de verklaring voor al die Peperstraten?

Peper in je straat
Er zijn in Nederland ongeveer zeventig Peperstraten. Die liggen verspreid over het hele land, maar de meeste liggen in de provincies Noord-Brabant, Noord-Holland, Zuid-Holland en Gelderland, met ieder meer dan tien Peperstraten. In andere provincies komen nergens meer dan vijf Peperstraten voor. In Drenthe, Flevoland en Zeeland hebben ze er zelfs ieder maar één. Veel van de straten liggen in het rivierengebied, of elders in de buurt van het water. Een flink deel van de Peperstraten ligt in historische binnensteden. Zo was er volgens oude bronnen in 1533 al een Peperstraat in Enkhuizen, in 1471 al een Pepersteeg in Haarlem, in 1469 al een Peperstraat in Amersfoort, 1410 al een Pepergasse in Nijmegen, in 1386 was er al een Peperstraat in Groningen, de Peperstraat in Delft kwam in 1374 al voor (hoewel die toen nog de Pepersteeg heette) en de Peperstraat in Den Bosch werd zelfs in 1303 al genoemd.

Die straten bestonden dus al lang voordat de peperhandel in de zeventiende eeuw een vlucht nam. Ze herinneren helemaal niet aan het koopmansverleden, maar aan een periode daarvoor. Het zou best kunnen dat in al die historische straten toen al apothekers of kruideniers zaten die peper verkochten, maar waarom zou men die straten dan juist naar peper noemen en niet naar een van de vele andere producten die er te koop waren, of naar de handelaar zelf? Het lastige van al die oude straatnamen is dat de precieze herkomst soms moeilijk te achterhalen is. Ze zijn allemaal in de volksmond ontstaan, en bestonden vaak al een tijdje voordat ze voor het eerst op schrift werden vastgelegd. Het zou ook best kunnen dat er in zo'n Peperstraat gewoon iemand woonde die 'Peper' heette, want die familienaam kwam in die tijd ook al voor. Er is echter nog een verklaring, en die lijkt in veel plaatsen te gelden.

Pepers en biezen
'Peper' is ook de volksnaam voor de mattenbies, een grasplant die veel groeit in en aan het water. In deze betekenis is het woord 'peper' verwant met het oude woord 'peep' of 'pepe' dat 'riet- of strohalm' betekent. De mattenbies werd in de Middeleeuwen veel gebruikt voor allerlei soorten vlechtwerk, zoals biezen manden, zittingen van stoelen en krukjes, en matten. Deze peper zal in die tijd bij veel mensen bekender zijn geweest dan de gelijknamige specerij. De mattenbies groeide volop langs het water rondom de oude steden, en het is goed voor te stellen dat er vanuit de oude stad een pad naar dat biezengebied liep. Zo ligt aan de westkant van de oude binnenstad van Delft een Peperstraat, terwijl aan de oostkant een straat ligt die Rietveld heet. Het is opvallend dat veel van de eeuwenoude Peperstraten haaks op een kreek, beek of riviertje lopen.

Van de Peperstraat in Amsterdam staat wel vast dat die is genoemd naar de peperwerf, die op de plaats van de straat lag en behoorde bij de pakhuizen van de VOC (en het is ook geen toeval dat iets verderop de Foeliestraat ligt). De meeste Peperstraten herinneren ons echter helemaal niet aan ons rijke koopmansverleden, maar aan de tijd daarvoor toen we onze steden en dorpen bouwden in een drassige delta en daar onze biezen pakten.

Wat zijn de regels voor nieuwe straatnamen?

$
0
0
Dorstige Smid, Mickey Mousestraat, Kerstomaatplantsoen. Tussen alle vragen die mensen me stellen over straatnamen, komen twee vragen iedere keer weer terug: wie bedenkt toch al die nieuwe straatnamen en wat voor regels gelden daarbij?

Het vaststellen van straatnamen is een taak van de gemeente - het gebeurt in het algemeen door het College van B&W. Veel gemeentes hebben een speciale straatnaamcommissie, die advies uitbrengt aan het College. In de commissie zitten deskundigen met verschillende achtergronden, zoals een stadshistoricus en een stedenbouwkundige. De manier waarop in een gemeente de straatnamen worden vastgesteld, is vastgelegd in een 'Verordening Straatnaamgeving en huisnummering'. In die verordening kan een gemeente ook richtlijnen voor de straatnamen opnemen, maar dat is niet verplicht. Het kan ook zijn dat de straatnaamcommissie ongeschreven regels hanteert.

Er is dus niet één vaste lijst met regels waar alle straatnamen in Nederland aan moeten voldoen. Maar als je kijkt welke regels de verschillende gemeentes hanteren, dan kun je wel een lijst met veelgebruikte richtlijnen maken. En dat is precies wat ik hieronder ga doen.

Herkenbaarheid
Straatnamen moeten duidelijk en herkenbaar zijn.
  • Men streeft naar samenhang in de naamgeving van straten die bij elkaar in de buurt liggen. Voor wijken wordt daarom vaak een overkoepelend thema gehanteerd voor alle straatnamen. Zo komt men op de schilderswijk, de zeeheldenbuurt en de bomenbuurt. Als iemand je vraagt waar de Kastanjelaan is en je weet niet waar die ligt maar je weet wel waar de Eikenlaan is, dan kun je hem waarschijnlijk toch wel ongeveer de goede kant op sturen. Zo'n thema maakt het dus makkelijker om je in de stad te oriënteren. Wanneer in een bestaande wijk nieuwe wegen worden aangelegd, is het soms een uitdaging om nieuwe namen te vinden die binnen het bestaande thema passen. Je ziet tegenwoordig trouwens ook wel dat men in een wijk voor samenhang in de straatnaamgeving zorgt door alle straten hetzelfde achtervoegsel te geven, zoals -kruid, -borg of -akker.
  • Het is niet handig als straatnamen te veel op elkaar lijken, dus dat probeert men altijd te voorkomen. Ik heb eerder al eens geschreven hoe verwarrend het kan zijn als er in één stad een Kalverstraat en een Klaverstraat is. Het is onhandig als je daardoor te laat op een afspraak komt, als je pizza te laat wordt bezorgd of de post op het verkeerde adres wordt afgeleverd, maar het kan zelfs levens kosten als de ziekenwagen of de brandweer naar de verkeerde straat rijdt. Als er al een Steenstraat in een gemeente is, is dat een goede reden om in de schilderswijk niet ook nog een Jan Steenstraat erbij te nemen. Door gemeentelijke herindeling kan het zijn dat er ineens twee identieke straatnamen binnen een gemeente liggen; vaak kiest men er dan voor om zo snel mogelijk één van de twee te hernoemen.
  • Men probeert straatnamen altijd zo te kiezen dat het achtervoegsel goed past bij het soort straat. Een klein smal straatje noem je geen -boulevard en een drukke brede weg geen -steeg. Sommige gemeentes hebben zelfs definities vastgelegd waar een straat aan moet voldoen voor die -hof, -plantsoen of -singel mag heten. Je ziet tegenwoordig steeds meer straatnamen zonder achtervoegsel. Dat is heel modern, maar zo'n naam is zonder achtervoegsel wel veel minder duidelijk herkenbaar als straatnaam. In Amsterdam hebben ze daarom bepaald dat het gebruik van achtervoegsels altijd de voorkeur heeft.
Bruikbaarheid
Straatnamen worden gebruikt om elkaar de weg te wijzen en ervoor te zorgen dat alles en iedereen precies uitkomt waar hij moet zijn.
  • Je moet zonder misverstanden met of over een straatnaam kunnen communiceren. Een straatnaam moet dus makkelijk te schrijven zijn en duidelijk verstaanbaar zijn. Als iemand je een straatnaam vertelt, zou je die eenvoudig foutloos op moeten kunnen schrijven. Om die reden kiest men in het algemeen namen met een eenvoudige spelling. Dat verklaart waarom er zo weinig straten zijn genoemd naar de componist Hacquart, wiskundige Boussinesq of freule Wttewaal van Stoetwegen ("da's met wee-tee-tee..."). AT5 maakte onlangs een leuke reportage over de uitspraak van wat moeilijke gevallen zoals de Nepveustraat en de Carolina Maggie... Maggilaverij... Macgillavrylaan.
  • Nieuwe straatnamen worden bij voorkeur geschreven volgens de huidige spellingsregels. Als een straatnaam wordt genoemd naar een historische naam die op verschillende manieren geschreven kan worden, dan gebruikt men de spellingsvariant die het dichtst bij de huidige spelling ligt. In Rotterdam ligt bijvoorbeeld de Aleyda van Raephorstlaan - het was makkelijker geweest als men dat gewoon de Aleida van Raaphorstlaan had genoemd. Nou veranderen die spellingsregels nog wel eens en daardoor bestaan er straatnamen die op het moment van vaststellen nog aan de toen geldende spellingsregels voldeden, maar niet meer aan de spellingsregels die we nu hanteren. Er zijn bijvoorbeeld tientallen plaatsen met een Lindenlaan, wat volgens de huidige regels een Lindelaan zou moeten zijn. Omdat het veel administratief gedoe en kosten oplevert om straatnamen te veranderen (bedrijven moeten nieuw briefpapier en zo, en alle bewoners moeten adreswijzigingen gaan sturen), kiest men er meestal voor om een in het verleden vastgestelde straatnaam gewoon te houden zoals die is.
  • Als een straatnaam langer is dan 24 tekens, moet deze in de Gemeentelijke Basisadministratie (GBA) worden ingekort volgens de inkortingsregels van de zogenaamde BOCO-norm (BOCO is de Bestuurlijke Overleg Commissie Overheidsinformatisering). Vandaar dat veel gemeentes maar gewoon als regel hebben opgenomen dat een nieuwe straatnaam niet langer dan 24 tekens mag zijn, want dan hoef je ook niet na te denken hoe je die naam in moet korten. En dat is wel handig, want die lange namen zijn misschien wel mooi maar helemaal niet handig in het gebruik. Korte straatnamen passen veel makkelijker op een straatnaambord en zijn ook sneller in het voorbijrijden te lezen. De langste straatnaam van Nederland is trouwens de Burgemeester Baron van Voerst van Lyndenstraat in Gramsbergen; dat wordt officieel ingekort tot Burg Bar v V v Lyndenstr... dat is lekker duidelijk.
  • Bij het kiezen van nieuwe straatnamen probeert men rekening te houden met verhaspelingen, en dubbelzinnigheden zo veel mogelijk te voorkomen. In plaatsen met een Kanaalstraat of Kanaaldijk komt het nog wel eens voor dat kwajongens op het straatnaambordje de K wegpoetsen - hihi. Straatnamen zoals Pijperstraat en Wipperplein zullen tegenwoordig niet vaak meer worden vastgesteld. Zou men zich in 1975 in Haarlem bij het vaststellen van de naam Voortingsplantsoen hebben gerealiseerd dat dat wel erg aan voortplanting doet denken?
Persoonlijkheid
Een bijzondere categorie wordt gevormd door de straatnamen die naar personen zijn genoemd. Het is mooi om mensen die iets bijzonders hebben gepresteerd met een straatnaam te vereren en zo voor eeuwig voort te laten leven, maar daarbij moet je wel zorgvuldig zijn.
  • Natuurlijk komen alleen aansprekende en vooraanstaande personen in aanmerking, die onomstreden zijn, een goede reputatie hebben, en liefst ook nog een verdienstelijke bijdrage hebben geleverd aan de gemeenschap. Zo komt men vaak op thema's zoals het koningshuis, erflaters (schrijvers, dichters, schilders, wetenschappers), sporthelden en ingenieurs, en lokale helden zoals burgemeesters, geestelijken en schoolmeesters. Als een straat naar een persoon wordt genoemd moet het verleden van die persoon altijd goed onderzocht worden om zeker te weten dat de persoon werkelijk onomstreden is, en er geen smet op de naam rust.
  • Er worden in principe geen straten genoemd naar personen die nog in leven zijn. Je kunt nog zo goed onderzoeken of iemand onomstreden is en een goed leven heeft geleid, maar als je met de vernoeming wacht tot de persoon overleden is, weet je zeker dat die ook nooit meer iets fouts zal doen. In veel gemeentes is deze regel nog scherper gesteld: er mag daar pas een straat naar een persoon worden genoemd als deze bijvoorbeeld vijf of zelfs tien jaar dood is. Als iemand al wat fout heeft gedaan tijdens zijn leven dan moet dat in die periode na zijn dood toch wel bekend zijn geworden. Op deze manier wordt bovendien voorkomen dat naar de waan van de dag gehandeld wordt; zonder deze regel zouden er naar verwachting veel meer straten naar Pim Fortuyn zijn genoemd. De regels maken vaak een speciale uitzondering voor leden van het koningshuis, want die zijn per definitie vooraanstaand en onomstreden. Sterker nog: bij de geboorte van nieuwe prinsjes of prinsesjes worden er vaak de dag erna al straten naar ze genoemd. In de praktijk worden er soms ook uitzonderingen gemaakt voor sporthelden, zoals Ranomi Kromowidjojo.
  • Bij het vernoemen van straten naar personen moet erop worden gelet dat het soort weg wel past bij de persoon. Simpel gezegd: noem geen zandpad naar de koning en noem geen steeg naar een held. Dat is nog wel eens een probleem als er een nieuwe prinses geboren wordt of een sporter een gouden medaille haalt op de Olympische Spelen. Als je dan een straat naar die persoon wilt noemen, moet er nog maar net een mooie straat beschikbaar zijn die nog geen naam heeft. Er zijn gemeentes die om die reden hun bruggen, plantsoenen en rotondes onbenoemd laten, zodat die later als zich een gelegenheid aandient gemakkelijk naar een nieuwe held kunnen worden genoemd.
  • In het verleden zijn er veel meer straten naar mannen genoemd dan naar vrouwen. Vandaar dat sommige gemeentes de regel hanteren dat bij gelijke geschiktheid de vrouw voor gaat.
  • Er zijn gemeentes die als richtlijn hebben dat ze liever straten naar personen noemen dan naar dingen. Het idee daarbij is dat het mooier is om de herinnering aan bijzondere personen levend te houden dan straten te noemen naar ambachtsattributen, scheepsonderdelen of andere objecten. Omdat het kiezen van geschikte personen soms zo veel tijd kost, heeft men in in andere gemeentes besloten om juist géén straten naar personen te noemen. Dan hoef je namelijk ook geen onderzoek te doen of iemand wel netjes geleefd heeft, je krijgt ook nooit protest van mensen die juist een hekel aan de persoon hadden, en je hoeft ook nooit uit te leggen waarom je naar de ene persoon wel een straat noemt en naar een andere niet. Elk nadeel heeft zijn voordeel, en het is maar net wat je als gemeente belangrijk vindt.
Daarmee hebben we de belangrijkste regels wel op een rij. Er zijn ook nog wel regels die meer bij de ene gemeente passen dan bij de andere. Zo zijn er gemeentes die in de richtlijnen vastleggen dat een straatnaam bij voorkeur gerelateerd moet zijn zijn aan de geschiedenis van de stad of omgeving. Andere gemeentes vinden originaliteit juist belangrijk; daar noemen ze liever straten naar striphelden of figuren uit In de Ban van de Ring dan naar burgemeesters of de bekende schilders uit de Gouden Eeuw.

Met deze regels hebben de straatnaamcommissies nog steeds behoorlijk wat vrijheid. Uiteindelijk komt het ook gewoon op gezond verstand aan. Bedenk of een mooie straatnaam die je bedacht hebt over vijftig jaar nog steeds zo mooi is, en vraag je af of je zelf in een straat met die naam zou willen wonen. Als het antwoord op een van die twee vragen "nee" is, dan is het blijkbaar toch niet zo'n goede straatnaam.

Dubbeleworststeeg, Hoerejacht, Eendenkotsweg, Poepershoek. Op lijstjes met rare straatnamen staan vaak van dat soort namen. Zijn die allemaal ooit door een straatnaamcommissie bedacht? Nee, het gaat hier meestal om historische namen uit een tijd dat de straatnamen niet door een commissie werden bedacht maar gewoon in de volksmond ontstonden. Dat was een tijd dat er écht nog geen regels voor straatnamen waren.

Allemaal gekke straatnamen - wat is de gekste straatnaam bij jou in de buurt?

$
0
0
De redactie van Dichtbij is op zoek gegaan naar de gekste straatnamen in een aantal regio's waar de krant wordt verspreid. Dat heeft een bonte verzameling met bijzondere straatnamen opgeleverd. Ik zet ze hieronder op een rijtje, en ik zal op een aantal hiervan binnenkort eens wat uitgebreider ingaan.

De gekste straatnaam van Alkmaar:
1. Boezemsingel
2. Zwijnsmeerpad
3. Laan van Darmstadt

De gekste straatnaam van Almere:
1. Sesamstraat
2. Tante Pollewopstraat
3. De Brommy en Tommystraat

De gekste straatnaam van Amersfoort:
1. Achter de Heilige Geest
2. De Klapmuts
3. Trosjespeergaarde

De gekste straatnaam van Amsterdam:
1. Dubbeleworststeeg
2. Gebed Zonder End
3. Balk in 't Oogsteeg

De gekste straatnaam van het Gooi:
1. Groest (in Hilversum)
2. Schering en Inslag (twee kruisende straten in Laren)
3. Achter het Vosje (in Weesp)

De gekste straatnaam van Leiden:
1. Korte Langestraat
2. Kakelbaksteeg
3. Aarstraat

De gekste straatnaam van Utrecht:
1. A.B.C.-straat
2. Hanengeschrei
3. Zakkendragerssteeg

In een paar plaatsen is het na een eerste oproep helaas (nog) niet tot een verkiezing gekomen. Voor de verkiezing in Haarlem werden onder andere 't Zakje, Nadorstpleintje en Omvalspoort als kandidaten genoemd. Voor de Haarlemmermeer noemde men bijvoorbeeld Tweeduizend El (in Lijnden), en Naxos en de Eigenhuisstraat (in Hoofddorp). En voor Rotterdam kwamen Paddenpad, Paadje van duizend treê, Graze Weitje, Eendengang, Verborgenlaantje en Middenkous als gekke straatnamen voorbij. Te gek.

Wat vind jij de gekste straatnaam?
Dat zijn inderdaad behoorlijk wat fraaie straatnamen bij elkaar. Ik ben nu natuurlijk wel benieuwd: wat is bij jou in de buurt de gekste straatnaam?

Een tosti zonder bord: een tostidrama in drie bedrijven

$
0
0
Het was zo'n fijn verhaal: een groep scholieren voerde actie om van een naamloos straatje in Den Burg de Tostilaan te maken. Ze wisten de plaatselijke politiek te overtuigen en begin deze maand werd het straatnaambordje officieel onthuld. Maar nog geen week later was het bord al weer verdwenen...

De scholieren
Al jarenlang rennen de scholieren iedere donderdag naar het huis van de vader van één van hen, die een grote schaal heerlijke tosti's voor ze klaar heeft staan. Het zijn misschien wel de lekkerste tosti's van de hele wereld. Vanaf het schoolplein rennen ze langs het gemeentehuis, over een straatje dat bij de bouw van het gemeentehuis is aangelegd. Dat straatje had nog geen naam en dus bedachten ze op een gegeven moment dat het wel toepasselijk zou zijn als dit straatje 'Tostilaan' zou gaan heten. Hun verzoek aan de gemeente werd echter afgewezen. De jongelui lieten zich niet uit het veld slaan, en ze kwamen in actie. Ze hingen een kartonnen bordje op met de naam Tostilaan erop gestift. Ze maakten een speciale Facebook-pagina en verzamelden 200 steunbetuigingen. Het tosti-initiatief kreeg zelfs aandacht in de landelijke media.

De gemeente
De gemeente reageerde wat terughoudend en wees het eerste verzoek af. Op zich wel begrijpelijk, want Tostilaan is een wat ongewone naam. Die zou de gemeente zelf vast niet bedacht hebben. Maar het initiatief is toch ook juist wel origineel en verfrissend. Toen het tosti-initiatief landelijke aandacht kreeg, ging de gemeente toch overstag. Dat ging wel op een halfslachtige manier: de gemeente gaf de scholieren weliswaar toestemming om bordjes op de hangen, maar vertelde ook dat de naam niet officieel zou worden vastgesteld. Volgens de gemeente kost het namelijk te veel tijd en geld om de naam officieel vast te stellen. En bovendien zou een officiële naam helemaal niet nodig zijn, want volgens de gemeente gaat het niet om een doorgaande weg en zijn er ook geen gebouwen die een huisnummer aan het straatje krijgen. Dat laatste is een beetje een vreemd argument, want de straat ligt gewoon in de openbare ruimte. En als een van de spurtende kinderen op weg naar zijn tosti valt en iets breekt, moet je de ambulance toch naar het goede adres kunnen sturen. Als je het doet, doe het dan goed. Maar goed, de scholieren waren al blij met de toestemming van de gemeente.

De dief
De scholieren lieten zelf twee straatnaambordjes maken. De Dorpscommissie bood aan om te helpen bij de plaatsing van de borden. Dat was nog even improviseren, want de gemaakte bordjes waren bedoeld voor bevestiging aan een muur en niet voor aan een paal. Met een wit bordje erachter was dat eenvoudig opgelost. Op dinsdagavond 9 december jl.werd de Tostilaan feestelijk geopend, met weer volop aandacht van de media. Na twee jaar lobbyen hadden de scholieren eindelijk hun Tostilaan! Om dat te vieren, waren er tosti's voor alle aanwezigen. De vreugde van de scholieren duurde echter maar kort, want nog geen week later was het straatnaambord verdwenen. Was het bord al direct een gewild verzamelobject? Was iemand bij de gemeente het er stilletjes toch niet mee eens? Of was het gewoon een baldadige actie van een dief in de nacht? Hier is het laatste woord vast nog niet over gezegd...

In 's-Hertogenbosch komen ze overal achter

$
0
0
Vroeger deden ze niet zo moeilijk. De straat achter de kerk? Die noemden ze gewoon Achter de kerk. Dat was nog handig ook, want als iemand je vertelde dat je 'Achter de kerk' een pakje af moest leveren, was meteen helemaal duidelijk waar je moest zijn. Als je tenminste wist waar de kerk was.

Op aardig wat plaatsen werden die aanduidingen met 'Achter ...' uiteindelijk echte straatnamen. Dat ging bijna altijd zonder achtervoegsel zoals -straat of -steeg, omdat het aanvankelijk gewoon een algemene aanduiding was. Je ziet die Achter-straten natuurlijk vooral terug in historische binnensteden. Sterker nog: ze behoren tot de oudste bekende straatnamen. In 1464 had men in Utrecht al een straat die Achter Sint Pieter heette. In Nijmegen lag in 1438 een Achter de Meipoort en in 1427 al een Achter dat Gasthuis. De oudste vermelding van Achter die Nieukerk in Delft dateert uit 1432. In Arnhem hadden ze in 1431 een Achter Rodenborch. De oudste Achter-straten lagen in Maastricht: Achter de Meurebruederen (in 1370) en Achter Sint Jans (in 1350). De meeste van deze namen bestaan trouwens niet meer, maar Achter Sint Pieter bestaat in Utrecht nog steeds.

Wáár achter?
Het probleem van dit soort straatnamen is natuurlijk dat straatjes best achter meerdere dingen tegelijk kunnen liggen, of dat de referentie waar iets achter ligt in de loop van de tijd verandert. De Nieuwe Kerk in Delft staat aan de Markt, en het is dus niet vreemd dat de straat die in de vijftiende eeuw Achter die Nieukerk werd genoemd in de negentiende eeuw soms ook wel als Achter de Markt werd aangeduid; deze straat heet sinds de twintigste eeuw Vrouwenregt. In Nijmegen zijn Achter de Meipoort en Achter dat Gasthuis opgegaan in de straat die tegenwoordig Achter de Vismarkt heet.

Er zijn in Nederland nog ruim tweehonderd straatnamen die aangeven dat ze ergens achter liggen. Achter de kerk - waar ik dit verhaal mee begon - komt tegenwoordig nog op negentien plaatsen als straatnaam voor, bijvoorbeeld in Geldrop, Gorinchem, Gouda en Grave, in Heerenveen en Hilvarenbeek, in Schinnen, Sittard en Stolwijk, en in Valkenswaard en Vlissingen. In Alkmaar ligt een Achter de Vest, in Broekhuizenvorst hebben ze Achter de Brouwerij, in Enschede Achter 't Hofje, in Hillegom Achter de watertoren, in Klazienaveen Achter de Brandweer en in Schiedam Achter de Teerstoof. De vest, de brouwerij, het hofje, de watertoren, de brandweer en de teerstoof waren op een bepaald moment in de geschiedenis blijkbaar allemaal belangrijke referentiepunten.

Nijmegen, Maastricht en Amersfoort scoren met respectievelijk negen, acht en zeven Achter-straten best goed. Maar ze blijven nog ver achter bij 's-Hertogenbosch want daar liggen maar liefst twintig Achter-straatnamen. Dat is ongeveer tien procent van alle Nederlandse Achter-straten. Omdat ze zo mooi zijn, noem ik ze hier gewoon allemaal: Achter het Azijntonnetje, Achter de Bijenkorf, Achter de Boogaard, Achter den Brink, Achter den Doove, Achter de Drie Zwanen, Achter den Engel, Achter den Engelschen Pispot, Achter de Exters, Achter het Fortuintje, Achter de Kan, Achter de Mollen, Achter het Schaapshoofd, Achter het Stadhuis, Achter de Tolbrug, Achter het Verguld Harnas, Achter het Vuurstaal, Achter de Wereld, Achter het Wild Varken en Achter Het Zwarte Beerke. In de meeste gevallen gaat het hier om straatjes die in de middeleeuwen al onderdeel waren van het stratenpatroon van 's-Hertogenbosch, dat naast de hoofdstraten ook veel verbindingsstraatjes tussendoor en achterlangs had. Vaak is zo'n Achter-straat genoemd naar de naam van het huis waar ze achterlangs liepen. Er waren in 's-Hertogenbosch bijvoorbeeld huizen met namen zoals de Dooven Man, de Drie Ekters, de Drie Swaenen, de Drij Swarte Mollen, de Tinnen Schenkkan, het Wijnazijntonnetje en de Waterpot. Bedenk zelf maar eens welke van de genoemde straatnamen daar waarschijnlijk bij horen.

Ervoor komt ook voor
Liggen er ook wel eens straten ergens vóór in plaats van achter? Dat komt nauwelijks voor. Een mooi voorbeeld is de straat Voor 't Voormalig klein Poortje in Groningen. De straat is genoemd naar het kleine poortje dat ooit in de vestingwal zat en dat leidde naar de weg langs het Winschoterdiep. Het kleine poortje is in 1876 afgebroken. En deze weg ligt dus vóór de plek waar ooit het poortje stond. Dát is pas een handige aanwijzing voor iemand die een pakje af moet leveren: "Je moet zijn in het straatje vóór het poortje-dat-er-niet-meer-is". Waar stond dat poortje? Kom daar maar eens achter...

Top-10: de straatnamen van 2014

$
0
0
Het is de tijd van eindejaarslijstjes, verkiezingen en jaaroverzichten. Daar doe ik graag aan mee met een eigen top-10: de straatnamen van 2014.

Ik had als top-10 natuurlijk gewoon een lijstje kunnen maken met tien straatnamen die het afgelopen jaar in het nieuws waren, zoals het Adolf Hitlerplein, de Nazarethlaan, de Ajaxstraat, de Hamburgerstraat, de Ceintuurbaan, 't Kip, het Els Borstplein, de Gezina van der Molenlaan, de Holtslagwegen de Tostilaan. Dat heb ik dus niet gedaan. In plaats daarvan heb ik een mooi lijstje gemaakt met tien zo op het eerste oog wellicht willekeurig lijkende straatnamen in een ogenschijnlijk misschien net zo willekeurige volgorde. Maar er is niks willekeurigs aan de tien straatnamen en ze hebben ook nog eens - letterlijk en figuurlijk - een link met tien straatnaamverhalen die ik dit jaar schreef.

Hier komt hij dan, mijn top-10 met straatnamen van 2014:
  1. Eenheid (Sneek)
  2. Tweede Van Der Helststraat (Amsterdam)
  3. Drie Groene Eikels (Enkhuizen)
  4. Vierde Buitenpepers ('s-Hertogenbosch)
  5. Vijfringengas (Nijmegen)
  6. Zes-oktoberlaan (Putte)
  7. Zevenend(Laren)
  8. Achtsprong(Velp)
  9. Negenputruwe (Maastricht)
  10. Tienlingstraat (Zaandam)
Zo, dat zijn ze. Doe er wat leuks mee. Ik wens je veel straatnaamplezier in 2015!



Eerste vogel, tweede vogel, lange vogel, derde vogel... vogels tellen in de Vogelbuurt

$
0
0
Dit weekend is de Nationale Tuinvogeltelling 2015. En dus gaan we vandaag naar de Amsterdamse Vogelbuurt, want dat is natuurlijk bij uitstek de plek om vogels te tellen. Tussen de merels, kraaien en eksters door kun je daar ook wat vreemde vogels vinden, zoals de eerste vogel, de tweede vogel en de brede vogel.

De Amsterdamse Vogelbuurt ligt ten noorden van het IJ. Tussen 1870 en 1900 was het inwonertal van Amsterdam verdubbeld van ongeveer 250.000 naar 500.000, en boven het IJ was ruimte voor uitbreiding van de stad. De nieuwe wijk werd aangelegd tussen 1911 en 1923. De eerste bebouwing in de wijk bestond nog uit villa's maar al snel werden er ook een heleboel arbeiderswoningen gebouwd. Er werkten een aantal bekende architecten aan mee en daardoor kreeg de wijk een herkenbare stijl. De straatnamen werden genoemd naar vogels. Een mooi thema, want hoe groot je nieuwe wijk ook wordt, er zijn altijd wel genoeg vogelnamen om uit te kiezen.

Het zuidelijkste deel van de wijk werd in 1911 als eerste gebouwd. De straten werden hier genoemd naar vogels zoals de meeuw, de spreeuw, de lijster en de nachtegaal. In 1917 volgende het tweede deel van de wijk, ten noorden van de Havikslaan. Hier werden de straten genoemd naar vogels zoals koekoek, kraai, kievit en kwartel, zwaluw en zwaan, en mees en mus. Op dat moment waren er in totaal 29 vogels vernoemd. Dan blijven er nog meer dan genoeg over, zou je denken. Maar toen gebeurde er iets vreemds.

Nood breekt wet
In 1918 was de woningnood in Amsterdam zo ontzettend groot, dat met een noodwetverordening de buurt Vogeldorp werd aangelegd in het noorden van de Vogelwijk. De buurt werd in minder dan zes maanden uit de grond gestampt en toen konden de bewoners al in hun nieuwe woningen. Er kon zo snel worden gebouwd omdat het de bedoeling was dat de huizen maximaal tien jaar zouden blijven staan; daarna zou de woningnood wel weer verdwenen zijn. Daarom is er ook geen moeite gedaan om nieuwe vogels uit te zoeken voor de straatnamen. De straten kregen allemaal gewoon het voorvoegsel 'Vogel-' en een groot deel werd simpelweg genummerd. Behalve de Eerste Vogelstraat, Tweede Vogelstraat, Derde Vogelstraat, Vierde Vogelstraat, Vijfde Vogelstraat en Zesde Vogelstraat hebben ze ook nog heel creatief de Korte Vogelstraat, de Lange Vogelstraat en de Brede Vogelstraat. De Vogelkade, het Vogelplantsoen en het Vogelplein maken de buurt compleet. (In dat jaar werd trouwens vanwege dezelfde noodwetverordening een eind verderop de Distelbuurt aangelegd. Daar kregen de straten op een vergelijkbare manier hun namen: Distelweg, Eerste Disteldwarsstraat, Korte Distelstraat, Kromme Distelstraat, Lange Distelstraat, Tweede Disteldwarsstraat, Distelachterstraat, Distelkade, Distelkruisstraat, Distelplein, Distelvoorstraat. Oh, én de Ranonkelkade.)

Binnen de noodwetverordening werd officieel gesproken over woningen voor een periode van tien jaar, maar de Stedelijke Woningdienst had het al bij de oplevering over semi-permanente woningen met een exploitatietermijn van 35 jaar. We weten allemaal dat niets zo blijvend is als een tijdelijke oplossing. In de loop der tijd zijn de woningen een aantal keren grondig gerenoveerd, en de Vogelbuurt bestaat nog steeds. En dus hebben we in de Vogelwijk ook nog steeds die mooie tijdelijke straatnamen zoals de Eerste Vogelstraat, de Tweede Vogelstraat en de Lange Vogelstraat. Ergens zitten zich nu een houtduif, een boomklever, een gaai en een kauw te verbijten dat ze daar niet vernoemd zijn, om nog maar niet te beginnen over de kroet, de grutto, de wulp en de tureluur...

Na de Vogelbuurt werd er trouwens nog verder gebouwd in de Vogelwijk. In 1921 werd het noordelijkste puntje aangelegd. Blijkbaar had men toen meer rust om na te denken over de straatnamen, want de straten werden daar weer gewoon naar vogels genoemd: de flamingo, de kalkoen, de kolibri, de merel, de pelikaan en de pluvier kregen hier hun straatnaam. En tenslotte werd in 1923 ook de Adelaarsweg nog aangelegd.

Vogels tellen
De mus, de merel en de mees kun je in de Vogelbuurt waarnemen. In totaal zijn er in de Vogelbuurt 36 vogels vernoemd. En dan zijn er dus ook nog twaalf straten gewoon naar 'de vogel' genoemd. Maar de eerste vogel, de tweede vogel en de brede vogel komen op de lijst van de Nationale Tuinvogeltelling niet voor.

Stastokstraat, Krinkelwinkel en Lantentijmen, dat zijn straatnamen die rijmen

$
0
0
Goede straatnamen zijn gemakkelijk uit te spreken en goed te verstaan. Als ze daarbovenop ook nog gewoon lekker klinken, is dat natuurlijk extra fijn. Als ze rijmen bijvoorbeeld!

Laten we vooraan beginnen met alliteratie, ook wel beginrijm genoemd. Er zijn aardig wat allitererende straatnamen, zoals de Wagenweg, de Larikslaan, het Pienterpad en het Plataanplein. Aardig, maar het is nog mooier als een straatnaam drievoudig allitereert. Spreek de volgende straatnamen maar eens hardop uit en geniet: de Stastokstraat (in Den Haag), de Steen- en Stokstraat (in Heeswijk-Dinther), de Stoop van Strijenstraat (in Strijen, natuurlijk) en de Stijn Streuvelsstraat (o.a. in Landgraaf, Waalwijk en Zevenaar). In Apeldoorn, Klundert en Venlo hebben ze een Wielewaalweg; die is het fijnst als je hem een beetje overdreven uitspreekt met een Surinaamse wollige w: oewwwielewwwaalwwweg. Ook mooi: het Pietje Pluisplantsoen (in Almere) en het Peter Planciusplein (in Hilversum). Ahh... aardig aangenaam en amusant toch, die alliteratie?

Dan door met het halfrijm, ook wel klinkerrijm genoemd. In Amsterdam komt dat al vaak genoeg voor, met de Maasstraat, de Waalstraat, de Schaafstraat en de Raamstraat. In Eibergen gaan ze net een stapje verder met de Paalhaarstraat. In Noordwijk hebben ze gewoon de Zeereep, maar dat wordt dan weer overtroffen door de Eekwerdermeedenweg (in Wirdum) en de Peter Ceelen Keetweg (in Oud Gastelt). Een speciale vermelding voor de Rentmeesterstedeweg in Eerbeek, want daarin rijmt de plaatsnaam zelf ook een klankje mee. In deze categorie heb je ook nog de Hoofdpoort (in Kaatsheuvel) en de Tuurluur (in Waarder), en natuurlijk her en der nog allerlei rijmdijken zoals de IJdijk, de IJsdijk, de Kijldijk, de Rijndijk en de Zijldijk. In Boskoop hebben ze een Wijkdijk - die rijmt écht.

Dat is een mooi bruggetje naar de eindrijm. Noem een straat naar iets dat op -aat eindigt, en je hebt al een rijmende straatnaam. Ik schreef hierboven al over het allitererende Plataanplein; als je geen plein maar een laan naar de plataan noemt, krijg je de rijmende Plataanlaan. En zo hebben we ook op veel plaatsen een Gentiaanlaan of een Mondriaanlaan. Het rijmende effect is het sterkst als de naam niet te lang is; in Heerjansdam ligt de Jhr G.C.W. van Tets van Goudriaanlaan, maar daarin rijmt meer niet dan wel. Dan heb ik ze liever lekker simpel rijmend: de Dregweg (in Yerseke), de Egweg (in Zwolle), het Geinplein (in Abcoude en Almere) en het Rijnplein (in Alphen aan den Rijn). Er zijn genoeg voorbeelden van rijmende straten: de Plaatstraat, de Tomaatstraat, de Dukaatstraat, de Agaatstraat en de Burgemeester Raatstraat. Het verleidt me tot een vrije variatie op het beroemde 'Spaanse graan' uit My Fair Lady: "de Tomáátstáát die de passáát doorstáát". De liefste rijmende straatnaam is wat mij betreft het Nijntje Pleintje in Utrecht, waar ik hier eerder al eens een stuk over schreef: Een kwatrijntje over het Nijntje Pleintje.


Tot nu toe heb ik alleen maar voorbeelden genoemd van straatnamen met veelvoorkomende achtervoegsels zoals -straat en -laan. Maar ik heb één rijmende straatnaam gevonden die van begin tot eind uniek is: de Krinkelwinkel in Gorinchem. 'Krinkelwinkel' is de eeuwenoude naam voor een stuk van de vestingwal dat al in de zestiende eeuw werd aangelegd. Zo'n traditionele vestingwal bestaat uit allemaal punten, bochten en hoeken, en daar komt de naam ook vandaan. Het eerste deel van de naam Krinkelwinkel is afgeleid van het oude werkwoord 'krinkelen' dat 'herhaaldelijk buigen en bochten maken' betekent. Het tweede deel 'winkel' is een ander woord voor 'hoek' (zoals ook voorkomt in het woord 'winkelhaak'). Een bochten makende hoek dus, en daar kun je je makkelijk wat bij voorstellen op zijn vestingwal. Het woord krinkelewinkel of krinkeldewinkel werd in de zeventiende eeuw al gebruikt, bijvoorbeeld in de zin "Om de menighte krincke dewinckels ende ganghen die daer waeren". Krinkeldewinkel is net zo gevormd als woorden zoals hoteldebotel, rinkeldekinkel en retteketet. Krinkelwinkel, krinkelwinkel... een naam om vrolijk van te worden.


Er zijn trouwens ook nog wel wat straatnamen die op 'rijm' of 'rijmen' rijmen, zoals de Steentijm (in IJmuiden), de Vogellijm (in Elsloo), de Langerijm (in Bergen) en Lantentijmen (in Laren). Ja:    Krinkelwinkel en Lantentijmen,
dat zijn straatnamen die rijmen.

Over dreven of niet: de invloed van de straatnaam op de huizenprijs

$
0
0
Een makelaar heeft me ooit eens verteld dat er eigenlijk maar drie dingen zijn die de waarde van een huis bepalen: de plek, de plek en de plek. Maar daar hoort eigenlijk natuurlijk nog een vierde bij: de straatnaam. Iedereen weet dat aan een dreef vaak duurdere huizen staan dan aan een gewone straat. Maar is dat ook echt zo?

De New York Times heeft recent een leuk onderzoek gedaan naar het verband tussen huizenprijzen en straatnamen in de Verenigde Staten. De journalisten bestudeerden een grote database met verkoopprijzen in de loop der jaren en vonden een duidelijke relatie tussen de straatnaam en de huizenprijs. In de Verenigde Staten zijn huizen in een street gemiddeld het goedkoopst; van de goedkoopste 40% van alle huizen staat driekwart aan een street of avenue. Huizen in lanes scoren wat beter dan huizen in streets, en de duurdere huizen kun je vooral vinden aan een way of een place. (Hoewel het Engelse 'way' letterlijk natuurlijk gewoon 'weg' betekent, heeft het in Amerika een beetje de bijklank van een 'dreef'. En zo'n 'dreef' is etymologisch dan natuurlijk weer verwant met een 'drive'. Maar nu dwaal ik af.)

De top-10 van Amerikaanse staatnamen staat vol met straatnamen met een rangnummer - zoals Third Street en Fifth Street - en de vraag is natuurlijk of dat eerste deel van de straatnaam ook van invloed is op de prijs. En inderdaad: eengezinswoningen in straten die ergens naar genoemd zijn, zijn gemiddeld 2 procent duurder dan woningen in straatnamen met rangnummers. In sommige steden - zoals Los Angeles, San Francisco en Philadelphia - is dat verschil zelfs twintig procent! Straatnamen met rangnummers komen in alle prijsklassen voor, maar in de hoogste prijsklasse zitten ook de huizen met de hoogste rangnummers in de straatnaam. Huizen die tot de duurste 20% horen, staan in straten met 'scenic names' zoals Ocean Drive, Gulf Boulevard of Canyon Road. Maar dat is natuurlijk niet zo vreemd. Grappig feitje: oude presidenten zijn niet zo goed voor de prijs, want in straten die naar presidenten zijn genoemd, staan vaak juist huizen die tot de goedkoopste 40% horen.

En hoe zit dat in België?
Toevallig heeft Roel Helgers, een onderzoeker van de KU Leuven, onlangs een vergelijkbaar onderzoek
gedaan in België. Hij ging ook uit van een grote database met huizen en verkoopprijzen, maar zijn aanpak was toch iets anders dan die van de Amerikanen. Hij ging namelijk eerst op zoek naar woningen die goed met elkaar vergelijkbaar waren op aspecten zoals oppervlakte, ligging en afwerking. Die zouden ongeveer evenveel moeten kosten, maar dat was natuurlijk niet zo. Vervolgens ging hij voor die vergelijkbare woningen op zoek naar verklaringen voor de prijsverschillen. En wat bleek? Ook in België is er een duidelijke relatie tussen de straatnaam en de prijs.

Helgers nam straatnamen op -straat als uitgangspunt. Vergelijkbare huizen aan een -steenweg (een achtervoegsel dat in België veel voorkomt) bleken 2 procent goedkoper te zijn. Huizen aan een -hof of een -baan zijn gemiddeld 1,5 procent duurder dan die aan een -straat. Huizen aan een -laan zijn gemiddeld 2,6 procent duurder, huizen aan een -plein 4 procent duurder en huizen aan een dreef zelfs 6,2 procent duurder dan die aan een -straat. Natuurlijk gaat het hier maar om gemiddelden, maar toch zijn dat mooie uitkomsten. En in grote lijnen komen de uitkomsten ook overeen met die van de New York Times.

Volgens onderzoeker Helgers is het allemaal eenvoudig te verklaren: "Wie het woord steenweg hoort, denkt meteen aan een drukke, lelijke straat met lintbebouwing. Er is daardoor spontaan minder interesse in die huizen, en daarom liggen de prijzen lager. Een groot verschil met de rust en de rijen bomen die we met een laan associëren." En dat herken ik wel: een laan of dreef klinkt een stuk ruimer en dan een straat, dus daar staan dan vast ook grotere en mooiere huizen. Het is illustratief dat de toekomstige bewoners van een nieuwe villawijk in Nootdorp gingen klagen toen bleek dat de nieuwe straatnamen gewoon op -straat zouden eindigen. "In een villapark horen geen straten, dat klinkt te eenvoudig," zo schreef de voorzitter van de kopersvereniging. Hij beweerde zelfs dat "menige koper een andere woningkeuze zou hebben gemaakt als hij tijdig kennis had genomen van deze straatnamen". En dus veranderde de gemeente de -straten snel in -dreven.

Korrel zout
Dat is dus duidelijk: huizen aan dreven zijn inderdaad duurder dan huizen aan straten. Maar er zijn altijd uitzonderingen op de regel. Neem nou de Tannhäuserdreef. Dat klinkt toch best wel sjiek. Het is makkelijk om je daar een rustieke, brede weg bij voor te stellen met hier en daar een villa tussen de bomen. Maar in werkelijkheid is het een straat in een buurt vol met flatgebouwen in de Utrechtse wijk Overvecht. En het is heus niet zo dat een huis aan de Main Street in één klap meer waard is als men de straatnaam in Main Lane verandert. De journalisten van de New York Times schreven zelf in hun artikel gelukkig ook dat correlatie iets anders is dan een causaal verband. Ze geven zelf ook een aantal verklaringen voor de gevonden verbanden. In de jaren vijftig werden veel straatnamen street of avenue genoemd en in de jaren tachtig juist meer circles en courts, en dus zijn huizen aan een circle of court vaak een stuk nieuwer en daarom ook duurder. En dat een huis aan Lake Street duurder is dan een huis aan de Main Street is ook niet zo vreemd, want de naam doet vermoeden dat de eerste in de buurt van een meer ligt en zoiets is inderdaad wel van invloed op de prijs.

Zo komt het toch weer uit op "de plek, de plek en de plek". Maar toch ook een beetje de straatnaam.

De ene Pluto is de andere niet - over goden, planeten en striphelden

$
0
0
In Almere hebben ze een Jupitersingel, een Neptunussingel en een Marsstraat. Ze hebben er een buurt waar alle straten naar figuren uit de Griekse en Romeinse mythologie zijn genoemd, zoals de Poseidonsingel en de Apollostraat. En ze hebben er ook nog eens een buurt waar Disney-figuren zoals Donald Duck en Mickey Mouse vernoemd zijn. Volop kansen voor een Plutostraat zou je zeggen. Er zijn in Nederland ongeveer vijftig straten naar Pluto genoemd... maar niet in Almere. Daar is Pluto in geen straten, velden of wegen te vinden.

Pluto is in de Romeinse mythologie de god van de onderwereld. De onderwereld is de plek waar de ziel van overledenen naartoe gaat. Pluto begon zijn 'carrière' als god van de ondergrondse rijkdommen en daar dankt hij ook zijn naam aan; zijn naam zou zijn afgeleid van het Griekse woord voor 'rijkdom'. Na god van de grondstoffen werd hij in de loop der tijd ook god van al het onderaardse en zo uiteindelijk ook de god van de spirituele onderwereld. In die onderwereld bepaalt Pluto het lot dat de ziel in het hiernamaals zal ondergaan. Reden genoeg om hem te vriend te houden.

In Nederland zijn tientallen plaatsen waar in buurtjes of wijken de straten naar figuren uit de Griekse en Romeinse mythologie zijn genoemd. Daar heten de straten naar goden zoals Apollo, Minerva of Mercurius, naar helden zoals Hercules of Achilles, naar schrijvers zoals Homerus, of nog naar andere figuren of begrippen. Op zich past de god Pluto daar best tussen, maar toch zijn de plaatsen waar een straat naar Pluto als god zijn vernoemd op de vingers van één hand te tellen. In Rotterdam en Utrecht zijn bijvoorbeeld straten naar de god Pluto genoemd.

Pluto de planeet
Pluto is ook de naam van een planeet in ons zonnestelsel. De planeet werd in 1930 ontdekt door de astronoom Clyde Tombaugh. Hij was op het juiste spoor gezet door Percival Lowell die al voorspeld had dat er voorbij Neptunus nog een planeet in de baan rond de zon zou draaien. Alle planeten in ons zonnestelsel zijn genoemd naar Griekse en Romeinse goden en dus moest men voor de nieuwe planeet ook op zoek naar een geschikte god. Men koost voor de god Pluto, onder andere omdat de eerste twee letters van die naam de initialen van Percival Lowell vormen. De namen van vier van de vijf manen van Pluto (Styx, Kerberos, Nix en Charon) verwijzen ook naar de onderwereld in de Griekse en Romeinse mythologie. In 2006 werden de definities van wat een planeet precies is aangepast, en vanaf dat moment is Pluto officieel geen planeet meer maar een 'dwergplaneet'.

Er zijn in Nederland tientallen wijken waar de straten naar planeten zijn genoemd. Als je niet meer dan negen straten te vernoemen hebt, is het natuurlijk ook een mooi thema. En als je meer straten nodig hebt, kun je er altijd nog andere namen bij bedenken zoals Planetenbaan en Kometenstraat. Ik heb maar één wijk kunnen vinden waar straten naar negen planeten vernoemd zijn, dus inclusief Pluto, en dat is in Maarn. Daar hebben ze de Mercuriushof, Venushof, Aardbolhof, Marshof, Jupiterhof, Saturnushof, Uranushof en Neptunushof. In totaal zijn er in Nederland ruim veertig wijken waar een straat naar de planeet Pluto genoemd. Al die wijken dateren uit de tijd dat Pluto nog een échte planeet was, en niet slechts een dwergplaneet.

Pluto de striphond
En dan is Pluto ook nog eens de naam van een hond uit de strips van Walt Disney. Hij maakte zijn debuut in 1930, net voordat de planeet Pluto werd ontdekt. Aanvankelijk heette hij Rover, en was hij de hond van Minnie Mouse. Na de ontdekking van de nieuwe planeet werd de naam van de hond veranderd in Pluto. De film The Moose Hunt uit 1931 was de eerste film waarin Pluto het huisdier was van Mickey Mouse. In de wereld van Walt Disney komen een heleboel dieren voor die zich als mensen gedragen, maar Pluto is een van de weinige dieren die 'gewoon' een hond is.

Er is in Nederland één wijk waar de straten naar figuren uit de verhalen van Walt Disney zijn genoemd, en dat is... Almere. Je kunt daar wonen in de Donald Ducklaan, de Dagobertstraat, de Goofystraat, de Gijs Gansstraat, de Guus Gelukstraat, de Katrien Duckstraat, de Mickey Mousestraat, de Wille Wortelstraat en de Lampjestraat. Aan de rand van de buurt ligt nog de Carl Barksweg, genoemd naar de beroemde Disney-tekenaar. Was daar geen mooie weg voor een Plutostraat? In de nabijgelegen buurten hebben ze juist gekozen voor striphelden en hun honden: Asterix en Obelix met Idéfix, Lucky Luke met Rataplan en Kuifje met Bobbie. Waarom dan niet ook Mickey Mouse met zijn Pluto?

Ik weet niet waarom er geen Plutostraat is in Almere, maar misschien heeft men daar wel heel bewust voor gekozen. Misschien vond men het wel verwarrend dat een Plutostraat zowel in de mythologiebuurt als de stripheldenbuurt zou kunnen liggen, en heeft men daarom besloten om de naam maar helemaal niet te gebruiken. Bij de Donald Duckstraat en de Mickeymousestraat heb je die verwarring inderdaad niet.

De Griekse tegenhanger van de Romeinse god Pluto is Hades. Naar hem is in de mythologiebuurt in Almere wel een straat genoemd: de Hadesstraat. Zo is Pluto in Almere toch nog een héél klein beetje vernoemd.

Baanbrekend onderzoek: de meeste banen in Noord-Brabant en in Limburg eindigt alles op straat

$
0
0
Een jaar geleden heb ik een onderzoek gedaan naar de populariteit van achtervoegsels zoals -straat, -weg en -laan. Om onduidelijke redenen heb ik er toen helemaal niet aangedacht om meteen even uit te zoeken hoe die populariteit verdeeld is over het land. Stom, want iedereen wil natuurlijk weten welke straatnamen in zijn provincie het meeste voorkomen.

In absolute aantallen heeft Noord-Brabant de meeste -straten en -dreven, Gelderland de meeste -wegen, -dijken en -stegen, en Zuid-Holland de meeste -lanen, -hoven, - pleinen, -paden en -singels. Maar die vergelijking is niet eerlijk, want in Noord-Brabant, Zuid-Holland en Gelderland hebben ze véél meer straatnamen dan in bijvoorbeeld Drenthe of Flevoland. Als we kijken hoe vaak een bepaald achtervoegsel relatief voorkomt in een bepaalde provincie (als percentage van het totaal aantal straten in die provincie, en in vergelijking met dat percentage voor andere provincies) dan geeft dat een heel ander beeld.

Ik loop alle provincies even langs, dan kun je zelf even kijken waarin jouw eigen provincie zich onderscheidt:
  • Van Limburg valt vooral op dat er zo ontzettend veel straatnamen gewoon op -straat eindigen. Van alle Limburgse straatnamen eindigt 45% op -straat, terwijl het gemiddelde voor heel Nederland 32% is. In Limburg hebben ze daarnaast relatief ook de meeste straten die op -broek eindigen.
  • In Noord-Brabant heb je de meeste kans op een -baan (met Limburg als goede tweede; de kleinste kans op een -baan heb je in Overijssel en Gelderland). Straatnamen die eindigen op -eind, -heuvel, -beemd of -akker komen ook duidelijk het meest voor in Noord-Brabant. Grappig is dat straatnamen die op -akkers eindigen (dus met een extra s) juist het meest in Drenthe voorkomen.
  • De meeste straatnamen die op -dam of -dijk eindigen liggen in Zeeland. Maar dat is natuurlijk niet verrassend, want daar hebben ze gewoon nogal veel dammen en dijken. Wat me wel verraste is dat ze in Zeeland relatief ook de meeste -markten hebben, met grote voorsprong zelfs. Er liggen ook nergens meer -wegjes dan in Zeeland.
  • In Zuid-Holland hebben ze relatief de meeste -kades, -singels, -plaatsen en -pleinen. Rijd je in een straat waarvan de naam eindigt op -erf? Dan heb je ook een grote kans dat je in Zuid-Holland bent. En -wegen hebben ze er in vergelijking dan weer juist het minst van alle provincies.
  • Het zal je waarschijnlijk niet verbazen dat ze in Noord-Holland relatief de meeste -grachten hebben; bijna 40% van alle Nederlandse -grachten ligt in Noord-Holland. In Noord-Holland liggen relatief ook de meeste -parken.
  • In de provincie Utrecht hebben ze in vergelijking met andere provincies de meeste -lanen, -hoven en -dreven, en ze hebben er ook veel straten die op -burg eindigen (terwijl je voor een -borg juist naar Groningen moet). Ook opvallend: in Utrecht eindigen relatief de meeste straatnamen op -kruid, -gras en -mos.
  • In Flevoland hebben ze relatief de meeste -paden en -plantsoenen. Flevoland heeft in vergelijking met de andere provincies erg weinig -stegen en -dijken. Verder valt Flevoland vooral op door de achtervoegsels die ze er helemaal niet hebben: geen -wei, geen -eind, geen -heuvel, geen -veen, geen -mos, geen -wegje en geen -kanaal.
  • Gelderland heeft absoluut gezien de meeste -wegen, -dijken en -stegen van allemaal. In relatieve zin scoort Gelderland met veel straatnaamachtervoegsels echter heel gemiddeld. Alleen met -steeg springt Gelderland er in vergelijking met de andere provincies bovenuit. Het achtervoegsel -gas(als aanduiding voor een steeg) komt ook alleen in Gelderland voor (meer specifiek: alleen in Nijmegen).
  • In Overijssel hebben ze relatief de meeste -wegen: 25% van de straatnamen eindigt daar op -weg, terwijl het landelijk gemiddelde 14,5% is. Ook de -esch, -horst, -hoek en -beek komen relatief het meest in Overijssel voor (hoewel Overijssel qua -beken maar nipt wint van Limburg en Flevoland).
  • In Drenthe hebben ze relatief veel straten die op -veld, -kamp, -brink, -maat of -veen eindigen. Die namen passen allemaal mooi bij de eigenschappen van het landschap aldaar. Drenthe scoort in verhouding slecht met het aantal -singels, -burgen en -markten.
  • De achtervoegsels -strjitte en -wei doen het met afstand het beste in Friesland; als je het in absolute aantallen bekijkt, komen ze in Friesland zelf op de derde en vierde plaats, na -straat en -weg. Dat is niet zo vreemd, want 'strjitte' is Fries voor 'straat' en 'wei' voor 'weg'. Buiten Friesland is er dan ook helemaal geen -strjitte te bekennen. Straatnamen die op -wei eindigen komen (op Flevoland na) in alle provincies voor, want daar kan 'wei' ook gebruikt worden voor een veld met gras. Door dat grote aantal strjittes en weis heeft Friesland in vergelijking met andere provincies relatief ook erg weinig -straten en -wegen (het minst van allemaal), en ook veel minder -lanen, -hoven, -paden en -dreven dan de andere provincies.
  • De provincie Groningen springt er in deze grote vergelijking maar met één achtervoegsel uit: Groningse straatnamen eindigen relatief veel op -borg. Daarnaast scoort Groningen relatief veel tweede plaatsen: met de -wegen (achter Overijssel), de -lanen (achter Utrecht) en de -singels (achter Zuid-Holland).

Zo, dan weet je dat ook weer.


Het verhaal van Blauwestad - aan de straatnamen heeft het niet gelegen

$
0
0
Blauwestad. Ik had er al een hele tijd niks meer van gehoord, maar dit weekend was het ineens weer in het nieuws. En dus ben ik er maar eens gaan kijken. Online dan, want in het echt is het er nog een beetje stil.

Het Blauwestad-project is een ambitieus project van de Provincie Groningen dat is opgezet om een flinke economische impuls te geven aan het gebied. Het project bestaat uit de aanleg van het Oldambtmeer (van ruim 800 hectare) met daaromheen een groot gebied voor luxe wonen en recreatie. De eerste ideeën voor het project kregen vorm aan het begin van de jaren negentig. In 2005 werd begonnen met de aanleg van het meer en kort daarna ook met de aanleg van een compleet nieuwe woonplaats: Blauwestad. In 2006 kon men de eerste bewoners van het dorp verwelkomen. Helaas is het daarna om allerlei redenen een stuk minder voorspoedig verlopen dan men bedacht had, maar daarover verderop meer. Ik vertel je eerst wat meer over de opzet van het dorp.

In de plannen bestaat Blauwestad uit vijf woongebieden: Het Dorp, De Wei, Het Park, Het Riet en Het Wold. Voor ieder gebied heeft men een geheel eigen identiteit bedacht, die terugkomen in de uitgangspunten voor groenvoorziening, kavelgrootte, erfafscheiding en architectuur. En het mooie is: voor alle gebieden zijn ook al straatnamen bedacht.
  • Het Dorp was oorspronkelijk bedoeld als het centrum van het dorp. In de recente plannen is dit gebied Het Havenkwartier genoemd; in plaats van woningen gaat men zich daar nu meer richten op horeca met terrassen aan het water, een vakantiepark en een evenemententerrein. Straatnamen in dit gebied zijn bijvoorbeeld de Hoofdstraat, de Brugstraat en het Redersplein. Dat klinkt best dorps.
  • De Wei moet een beetje gaan lijken op Giethoorn, met rechte kanalen en lange stroken land. Hier kun je echt aan het water wonen. Het zal niet heel veel inspanning gekost hebben om te bedenken dat het leuk zou zijn om de straten hier naar water- en weidevogels te noemen. En zo kwam men op de Meerkoet, de Watersnip, de Leeuwerik, de Grutto, de Kiekendief, de Kievit en de Zwaan.
  • In Het Park woon je minder aan het water maar meer in het groen. Het moet er klassiek en statig worden. Veel gras, sierlijke boompartijen, van die dingen. Logisch dat men besloten heeft om de straten daar naar paddenstoelen te noemen, maar dan wel paddenstoelen die een beetje sjiek klinken: de Cantharel, de Bovist en de Elfenbank.
  • Het gebied Het Riet bestaat uit organisch vormgegeven eilanden met smalle weggetjes en veel riet. Heel authentiek en natuurlijk. Toen ik de straatnamen voor het eerst zag, dacht ik dat die uit de catalogus van IKEA waren geplukt: Vikna, Falster, Anholt, Funen, Endelave, Langeland, Bornholm en Freya. Maar het blijken (voornamelijk) Deense eilanden te zijn. Dat is wel toepasselijk voor een woonbuurt met eilanden.
  • In Het Wold kun je ruim en rustig wonen midden in het bos, met bomen. Dus heeft men voor de straatnamen bedacht dat dat iets met bomen moet zijn, maar dan wel met een stijlvolle uitstraling. En zo kwam men op Esdoornschans, Berkenborg, Beukenschans, Elzenborg, Dennenborg en Wilgenschans. Schanzen en borgen geven zo'n buurt allure.
Het was in 2005 de bedoeling dat er in Blauwestad in tien jaar tijd 1.480 woningen gebouwd zouden worden, maar dat is door allerlei problemen niet gelukt. We zijn nu tien jaar verder en zijn er nog niet eens 200 huizen gebouwd. Men heeft de plannen daarom flink bijgesteld en bijvoorbeeld besloten om minder huizen te bouwen en meer delen van het gebied te ontwikkelen voor natuur en recreatie. En in plaats van in 2016 streeft men er nu naar om in 2051 klaar te zijn met de ontwikkelingen.

Het is natuurlijk heel erg jammer dat het allemaal niet zo voorspoedig is gelopen als men gehoopt had. Maar aan de straatnamen heeft dat denk ik niet gelegen.




-------------------------





http://www.blauwestad.nl
http://nl.wikipedia.org/wiki/Blauwestad_%28project%29
http://nl.wikipedia.org/wiki/Blauwestad_%28dorp%29

Schelden met straatnamen - je bent zelf een Burelhul!

$
0
0
Schelden, vloeken en tieren met straatnamen, ken je dat? Dat je als het even ontzettend tegenzit niet een godslasterlijke vloek gebruikt, maar heel netjes "Pótgieterstraat!" of "Skútslus!" roept. Of dat je een nare ontdekking doet en instinctief "Kólerhof!" of "Wetéring!" als krachtterm gebruikt. Herken je dat?

Ik moest hieraan denken toen ik onlangs Burelhul op een straatnaambord zag staan. "Je bent zelf een burelhul!", hoorde ik mezelf denken, tot mijn eigen verbazing overigens. Niet dat ik iets tegen de naam of het bord heb, maar ik vond de naam Burelhul gewoon een beetje klinken als een bepaald scheldwoord.

Burelhul is de naam van een fietspad in Radio Kootwijk op de Veluwe, een paar kilometer ten westen van Hoog Buurlo. Ik vind het een mooie naam, maar wel een beetje raar. Ik heb niet direct kunnen vinden waar de naam vandaan komt. Ik vermoed dat Burelhul een oude samentrekking is van 'Buurlo' en 'hul'. De naam (Hoog) Buurlo kwam in de negende eeuw al voor; het is een samenstelling van 'bur' (klein huisje) en 'lo' (bos). En 'hul' is een heel oud woord voor heuvel, net als 'hil' (en verwant met het Engelse 'hill'). Een burel-hul is dan gewoon een heuvel met wat bomen en een klein huisje erop. Ik las dat er in 2012 protesten waren tegen de aanleg van een betonnen fietspad langs de Burelhul. Misschien dat er toen wel wat mensen voor burelhul zijn uitgemaakt. Of voor hondelhul, maar dat is geen bestaande straatnaam. In Gelderland zijn wel meer straatnamen naar een hul genoemd, zoals de Staverhul in Uddel en gewoon De Hul in Wamel, Driel en Alphen. In Drenthe komt de straatnaam juist in het meervoud voor: in Annen, Dalerveen, Drijber en Noord Sleen hebben ze een straat die De Hullen heet.


Straatnamen als krachtterm
Straatnamen bieden een mooi alternatief voor platte schuttingtaal of godslasterlijke krachttermen. Maar wat zijn nou straatnamen die het een beetje goed doen in de scheldende volksmond? Ik noemde in de inleiding al Skutslus, een straat in Drachtstercompagnie in Friesland. In die provincie zijn ook meerdere plaatsen waar de straatnaam Skutsje (of iets wat daarvan is afgeleid) voorkomt. Dat roept ook lekker. De Kolerhof die ik in de inleiding noemde, ligt in Someren en daar hebben ze ook nog een Klotterstraat - die moet je ook maar eens hardop proberen. Bij een grote tegenslag kun je ook de Klotterpeellaan uit De Rips gebruiken. In dezelfde categorie passen de Kuttingerweg (in Epen) en de Kutersteenweg (in Noorbeek). Bij een kleine teleurstelling komt Schuit misschien van pas als alternatief voor 'shit'; Schuit is een straatnaam in Oudkarspel, Vollenhove en Woerden. Een achterbakse vent kun je een Achtersack noemen - dat is een straatnaam in Delft. En voor een vergelijkbare vrouw kun je de Slappedel uit Woudenberg gebruiken. Je ziet het, mogelijkheden genoeg.

Gebruik je zelf wel eens een straatnaam om te schelden of te vloeken? Of ken je een straatnaam die het goed doet als krachtterm? Laat het me weten... roept u maar!

Aan de Amsterdamse grachten - een brug te ver voor Wim Sonneveld

$
0
0
"Aan de Amsterdamse grachten heb ik heel m'n hart voor altijd verpand. Amsterdam vult mijn gedachten als de mooiste stad in ons land", zo zong Wim Sonneveld in de jaren zestig. Je zou denken dat hij met zijn vertolking van die klassieker wel een straatnaam ergens in de buurt van die grachten zou verdienen, maar in heel Amsterdam is geen Wim Sonneveldstraat te bekennen. Hoog tijd om dat recht te zetten.

Wim Sonneveld werd in 1917 geboren in Utrecht, en daar hebben ze nu een Wim Sonneveldlaan. In Den Haag hebben ze een Wim Sonneveldplein en een Wim Sonneveldstraat, en er zijn ook nog wat andere plaatsen met een Wim Sonneveldstraat. Sonneveld woonde het grootste deel van zijn leven in Amsterdam, maar daar zie je hem in de straatnamen helemaal niet terug. Ja, in de Amsterdamse wijk Buitenveldert ligt wel een straat die Sonneveld heet, maar die is genoemd naar een middeleeuws kasteel dat al in 1789 werd gesloopt. Sonneveld kwam in 1936 in Amsterdam en hij ging er nooit meer weg. Hij woonde er op een aantal plekken in het centrum, zoals aan de Keizersgracht, de Reguliersgracht en de Lijnbaansgracht. Hij trad er op als zanger, als cabaretier in zijn eigen cabaretgroepen en als acteur in de musical My Fair Lady. En in 1952 werd hij ook nog eens directeur van het Nieuwe De La Mar theater, dat hij daarmee van de ondergang redde. Sonneveld overleed in 1974 in Amsterdam. Hij ligt er begraven op de begraafplaats van Buitenveldert, nota bene op slechts een paar kilometer van de straat Sonneveld.

Zo iemand verdient toch een straatnaam in Amsterdam? Dat vond Daan Bartels ook. Hij is 'ambassadeur' van het Nederlandstalige lied en geeft ook Wim Sonneveld-wandelingen langs de plekken waar Sonneveld woonde en werkte. Een kenner dus. Bartels ontdekte dat de brug waarop Wim Sonneveld zich voor de hoes van zijn single 'Aan de Amsterdamse grachten' heeft laten fotograferen nog geen naam heeft. Sonneveld had die brug waarschijnlijk niet voor niks uitgekozen voor de foto, want hij ligt op een paar passen lopen van de Keizersgracht en de Reguliersgracht waar hij tussen 1943 en 1962 woonde. Hij keek dus bijna twintig jaar uit op de brug en zal er ook bijna dagelijks over hebben gelopen. In november 2014 stuurde Bartels een mooie brief aan het College van B&W van gemeente Amsterdam met het vriendelijke verzoek deze brug naar Wim Sonneveld te noemen.

Over bruggen
De gemeente Amsterdam hanteert tien gouden regels bij straatnaamgeving, en één daarvan is dat enige terughoudendheid geboden is bij het geven van namen aan bruggen, "omdat daarmee waardevolle namen verloren kunnen gaan voor straatnaamgeving. Ook om een andere reden is het minder gewenst alle bruggen een naam te geven: daarmee verdwijnt de mogelijkheid om eens iemand te vernoemen die door omstandigheden geen straatnaam meer kan krijgen, maar wel voor vernoeming in aanmerking komt." Aan de ene kant moet je dus geen brug naar iemand noemen als je de mogelijkheid open wilt houden om er later een echte straat naar te noemen, maar aan de andere kant is de vernoeming van een brug een mooie oplossing als vernoemen van een straat niet mogelijk is. Met zo'n gouden regel kun je alle kanten op. Door die terughoudendheid zijn er meer dan 1300 naamloze bruggen in Amsterdam, maar er zijn in Amsterdam bijvoorbeeld al wel bruggen genoemd naar Pieter Goemans (de schrijver van 'Aan de Amsterdamse grachten') en Piet Meerburg (Sonnevelds mededirecteur van het Nieuwe De La Mar theater).

De Commissie Naamgeving Openbare Ruimten (CNOR) kwam in december 2014 na uitgebreid beraad met een reactie op het voorstel. De CNOR vond het een sympathiek plan maar zag "onvoldoende aanleiding om juist deze brug naar hem te vernoemen". Dat Sonneveld twintig jaar naast die brug woonde en zich er liet vereeuwigen voor de hoes van zijn beroemde single is blijkbaar niet voldoende. De CNOR was het wel met Bartels eens dat Wim Sonneveld een persoon is die in Amsterdam vernoemd zou moeten worden. "Dit zou bijvoorbeeld kunnen wanneer er in een nieuwe wijk een kleinkunstbuurt zou komen of een brug die nog meer houvast biedt dan de door jou aangedragen argumenten." Bartels liet het er niet bij zitten: hij stuurde een herhaald verzoek aan het College van B&W, startte een online petitie en kreeg volop aandacht in de media. Dus kwam de gemeente maar snel met een tegenvoorstel. In april 2015 maakte men bekend dat binnenkort een andere brug naar Sonneveld genoemd zal worden. Deze brug ligt in de buurt van het DeLaMar Theater waar Sonneveld veel heeft opgetreden en ook vele jaren directeur was. Ook toepasselijk, maar je kunt je afvragen of dat sterkere argumenten zijn dan de argumenten die Bartels heeft aangevoerd. Maar goed: Wim Sonneveld krijgt nu dus eindelijk zijn eigen brug aan de Amsterdamse grachten.

Tuinpad
De mooiste straatnaam die aan Wim Sonneveld doet denken, ligt trouwens in Deurne. Deurne is de geboorteplaats van Friso Wiegersma, de partner van Wim Sonneveld. Wiegersma schreef in de tekst van het lied'Het Dorp' over zijn geboorteplaats en het pad langs zijn ouderlijk huis: "En langs het tuinpad van m'n vader zag ik de hoge bomen staan. Ik was een kind en wist niet beter, dan dat dat nooit voorbij zou gaan." En precies dat pad gaf men een paar jaar geleden de naam Het tuinpad van mijn vader.

"Dit is al wat er bleef voor mij, een ansicht en herinneringen"... en een paar mooie straatnamen dus.

Straten voor Wimmen - verzetsstrijders, artiesten en sporters

$
0
0
Zijn er veel Wimmen waar straten naar genoemd zijn? Dat vroeg ik me plots af toen iemand wilde weten of er behalve naar Wim Sonneveld ook straten naar Wim Kan genoemd zijn. En zo kwam ik ineens allemaal straten tegen die naar Wimmen genoemd zijn. Er ging een Wim-wereld voor me open...

Ik vond vijftig Nederlandse straten, lanen en pleinen die naar een Wim zijn genoemd en waarvan de straatnaam ook met 'Wim' begint. Die straten zijn naar 27 verschillende Wimmen genoemd. De recordhouders zijn Wim Sonneveld en Wim Kan, met respectievelijk 11 en 9 straatnamen. De meeste Wim-straten liggen in Noord-Brabant (12), Noord-Holland (11) en Zuid-Holland (7). In Noord-Brabant zijn ook de meeste verschillende Wimmen vernoemd: elf Wimmen kun je daar in de straatnamen terugzien. Den Haag heeft de meeste Wim-straten: van de vijf Wim-straten zijn er twee naar Sonneveld en twee naar Kan vernoemd. In Almere zijn de meeste verschillende Wimmen vernoemd: vier Wimmen, waaronder ook weer Sonneveld en Kan. Van de 27 vernoemde Wimmen waren er tien verzetsstrijder, acht kunstzinnig (cabaretier, beeldhouwer, kunstschilder, fotograaf, poppenspeler of schrijver) en vijf sportief.

Ik noem ze gewoon allemaal maar even, dat is wel zo eerlijk. Als je er nog opmerkingen of aanvullingen bij hebt, kun je dat laten weten in de reacties onder het bericht.

  • Wim Beerman was een politiefotograaf en verzetsstrijder in de Tweede Wereldoorlog. Hij werd op 6 juni 1944 gefusilleerd in de duinen bij Bloemendaal. (Wim Beermanstraat in Nijmegen)
  • Wim Berkelmans was een verzetsstrijder in de Tweede Wereldoorlog. Hij werd op 26 mei 1944 gefusilleerd ergens in de Loonse en Drunense Duinen. (Wim Berkelmansstraat in Tilburg) 
  • Wim Binken was een verzetsstrijder in de Tweede Wereldoorlog. (Wim Binken Hof in Wormer)
  • Wim Boons. (Wim Boonsstraat in Raamsdonk)
  • Wim Brugman was een verzetsstrijder in de Tweede Wereldoorlog. (Wim Brugmanstraat in Oisterwijk)
  • Wim van Est was een Nederlands wielrenner, en de eerste Nederlander die in de Tour de France de gele trui droeg. Bekend is het verhaal dat hij in 1951 tijdens de afdaling van de Col d'Aubisque zeventig meter diep in een ravijn viel. (Wim van Eststraat in zijn woonplaats Sint Willebrord, Wim van Estlaan in Amsterdam, Wim van Eststraat in Haarlem)
  • Wim Gerrese was tijdens de Tweede Wereldoorlog drukker van de illegale krant Het Parool. Hij werd op 5 februari 1943 gefusilleerd op de Leusderhei. (Wim Gerreselaan in 's-Gravenhage)
  • Wim Harzing was een beeldhouwer. (Wim Harzinghof in Driebergen-Rijsenburg)
  • Wim Helder was een kunstschilder. (Wim Helderlaan in Apeldoorn)
  • Wim Hoogendoorn was verzetsstrijder. Hij hielp met de productie en verspreiden van de bladen De Vonk en De Waarheid. Hij werd in 1943 gevangen genomen en overleed na zijn bevrijding op 6 mei 1945. (Wim Hoogendoornstraat in IJsselstein)
  • Wim Kan was een Nederlands cabaretier. Hij wordt gezien als een van de 'Grote Drie van het Nederlandse cabaret', samen met Wim Sonneveld en Toon Hermans. (Wim Kan Dreef in Kudelstaart, Wim Kanlaan in Beverwijk, Wim Kanplein in Almere, Wim Kansingel in Rosmalen, Wim Kanstraat in Arnhem, Wim Kanstraat in Wageningen, Wim Kanstraat in Hengelo, Wim Kanplein en Wim Kanstraat in 's-Gravenhage)
  • Wim van de Kappelle was een verzetsstrijder in de Tweede Wereldoorlog. (Wim van de Kappelle Hof in Wormer)
  • Wim de Körver was de bijnaam van Wim Hendrix (1896-1965), een Boxmeers ondernemer. (Wim de Körverstraat in Boxmeer)
  • Wim de Kwant was bijna veertig jaar raadslid en wethouder in Ankeveen. (Wim de Kwanthof in Ankeveen)
  • Wim Lagendaal was voetballer bij de Rotterdamse voetbalclub Xerxes. (Wim Lagendaalpad in Rotterdam)
  • Wim Meilinkwas een poppenspeler. (Wim Meilinkhof in Amstelveen)
  • Wim Meuldijk was een scenarioschrijver en striptekenaar die vooral bekend is geworden door zijn creatie Pipo de Clown. (Wim Meuldijklaan in Almere)
  • Wim Noordhoek was een fotograaf. (Wim Noordhoekkade in Amsterdam)
  • Wim Peters was een atleet. Hij deed drie keer mee aan de Olympische Spelen, en werd in 1934 Europees kampioen. (Wim Petersstraat in Zwolle)
  • Wim Reinders was de schuilnaam van Roelof Knol, een verzetsstrijder uit de Tweede Wereldoorlog. Hij werd op 17 maart 1945 gefusilleerd. (Wim Reindershof en Wim Reinderslaan in Lemmer)
  • Wim Richt sneuvelde in 1944 bij de bevrijding van Engelen. (Wim Richtstraat in 's-Hertogenbosch)
  • Wim Röther was voorzitter en erelid van de Goirlese Sportvereniging Blauw Wit. (De Wim Rötherlaan in Goirle loopt langs het sportterein van GSBW.)
  • Wim Schuhmacher was een Nederlands kunstschilder. (Wim Schuhmacherhof in Almere, Wim Schuhmacherhof in Rotterdam)
  • Wim Sonneveld was een Nederlands cabaretier en zanger. Hij wordt gezien als een van de 'Grote Drie van het Nederlandse cabaret', samen met Wim Kan en Toon Hermans. (Wim Sonneveldlaan in Beverwijk, Wim Sonneveldlaan in Utrecht, Wim Sonneveldstraat in Almere, Wim Sonneveldstraat in Arnhem, Wim Sonneveldstraat in Wageningen, Wim Sonneveldstraat in Rosmalen, Wim Sonneveldstraat in Waalwijk, Wim Sonneveldstraat in Haarlem, Wim Sonneveldstraat in Hengelo, Wim Sonneveldplein en Wim Sonneveldstraat in 's-Gravenhage. En binnenkort een Wim Sonneveldbrug in Amsterdam.)
  • Wim Speelman was een verzetsstrijder tijdens de Tweede Wereldoorlog. Hij werkte voor het illegale blad Vrij Nederland en was mede-oprichter van de illegale krant Trouw. Hij werd op 19 februari 1945 door de Duitsers gefusilleerd. (Wim Speelmanplein en Wim Speelmanstraat in Montfoort.)
  • Wim van Tuijl was een voetballer en trainer van E.V.V. Eindhoven. (Wim van Tuijllaan in Eindhoven)
  • Wim Verschuren was gemeentesecretaris. (Wim Verschurenstraat in Sint Anthonis)

Sommige van deze Wimmen heetten eigenlijk Willem, en eentje zelfs Roelof. Er zijn ook Wimmen en Willems die wel vernoemd zijn in een straatnaam, maar die een straat hebben gekregen die niet met 'Wim' begint. Wim Speelman die ik hierboven noemde, heette eigenlijk Willem Pieter Speelman. Behalve de vermelde Wim-straten zijn bijvoorbeeld ook de Speelmanstraat in Amsterdam, de Willem Speelmanhof in Soest, de W.P. Speelmanstraat in Zwijndrecht en de Willem Pieter Speelmanlaan in Aerdenhout naar hem genoemd. Maar het leek me ondoenlijk (en ook helemaal niet nodig) om al die Wim-straten erbij te zoeken.

Liefhebbers van de naam Wim zouden het boek 'Lang leve Wim' van Wim Daniëls moeten lezen. Het boek is een eerbetoon aan de naam Wim. Wim Daniëls bespreekt alle facetten van de naam Wim. Ik heb het boek zelf niet - ik heet geen Wim immers - maar ik ben wel benieuwd of er ook iets over Wim-straten in staat.


De creatieve industrie - de Industrieweg, en andere originele straatnamen op het industrieterrein

$
0
0
De bedrijvigheid op industrieterreinen biedt volop mogelijkheden voor mooie straatnamen. De creatieve industrie is één van de topsectoren van de Nederlandse economie, maar op de industrieterreinen zie je weinig van die creativiteit terug. Het is tekenend dat Industrieweg tot de meest voorkomende straatnamen behoort.

De straatnaam Industrieweg komt in Nederland al 200 keer voor, en dan tel ik alle varianten op de naam nog niet eens mee. Alles bij elkaar komen we zo op zeker 350 straatnamen die naar de 'industrie' zijn genoemd. Je gaat je bijna afvragen hoeveel industrieterreinen Nederland eigenlijk heeft. Op zich is het natuurlijk niet vreemd om een weg naar of langs de industrie de Industrieweg te noemen. Vroeger noemde men de markt waar boter werd verkocht ook de Botermarkt. En de kade waar de vaten bier werden gelost, was de Bierkade. Maar de Botermarkt en de Bierkade werden zo genoemd vanwege de bedrijvigheid die er al was. Tegenwoordig bedenkt men een naam als Industrieweg al voordat er überhaupt één fabriek gevestigd is.

Variatie op een thema
Maar goed, met Industrieweg heeft pas één straat op het industrieterrein een naam. Hoe noem je de rest van de straten? Daar zal toch wel wat creativiteit bij komen kijken? Natuurlijk. Ik zie vier creatieve stromingen, die overigens ook best samen kunnen vloeien:
  • Heet makkelijkste is het om de variatie te zoeken in het achtervoegsel. In plaats van Industrieweg of Industriestraat kun je een straat op het industrieterrein ook Industriehaven, Industriekade, Industrielaan, Industriepark, Industrieplein, Industrierondweg (Urk), Industriedwarsstraat (Zevenaar) of Industriedwarsweg (Etten-Leur) noemen. In deze categorie hoort ook de Friese Industriewei (Irnsum).
  • Bijna net zo makkelijk is de oplossing waar ze in Asperen, Hatten, Lopik en Vlaardingen voor gekozen hebben: nummeren. Zo kwamen ze in Asperen na een lange brainstorm uit op 1e Industrieweg, de 2e Industrieweg en de 3e Industrieweg. In Hatten en Lopik bedachten ze nog een 4e Industrieweg, en in Vlaardingen gingen ze zelfs nog door tot de 5e Industrieweg. Als je eenmaal bent begonnen met nummeren, is het lastig om te stoppen. Je kunt dit ook combineren met de variatie in het achtervoegsel; in IJmuiden kwamen ze zo tot de 3e Industriedwarsstraat.
  • Je kunt ook variëren op Industrieweg door er extra dingen voor of achter te zetten. Dat is natuurlijk eigenlijk ook het geval bij genummerde straten zoals de Eerste Industrieweg, maar ik doel hier meer op varianten zoals de Oude Industrieweg (Vlissingen), Nieuwe Industrieweg (Helmond), Staalindustrieweg (Alblasserdam), Oostelijke Industrieweg (Franeker), Industrieweg Noord (Amerongen), Industrieweg Oost (Elst), Industrieweg-Zuid (Westdorpe) en Industrieweg-West (Oude Pekela).
  • Er zijn ook flink wat plaatsen waar men heeft geassocieerd op het thema 'industrie', maar daarin niet te ver wilde gaan. Dan kom je bijvoorbeeld op 'nijverheid': de Nijverheidsstraat, de Nijverheidsweg en varianten daarop komen meer dan 200 keer voor. Of 'ambacht': van de Ambachtswegen en Ambachtstraten hebben we er bijna 150. En dan nog heel origineel 'bedrijven': er zijn bijna veertig straten die Bedrijfsstraat of Bedrijvenweg heten. De combinatie van een Industrie-, een Nijverheids-, een Ambachts- en een Bedrijvenstraat is bijzonder populair. Ik heb meer dan 75 industrieterreinen gevonden waar ze er van ieder van die drie minimaal eentje hebben. En dat kun je dan nog aanvullen met variaties op 'handel', 'transport', 'energie' en 'export'.

Zo krijg je het terrein wel vol. In Andijk hebben ze bijvoorbeeld een Ambachtsweg, een Bedrijvenweg en een Industrieweg, maar ook nog een Transportweg en een Handelsweg. Sint-Oedenrode heeft een Industrieweg, een Ambachtsweg en een Nijverheidsweg, maar ook nog een Handelsweg en een Gildenstraat. Delft heeft behalve de Industriestraat en de Nijverheidstraat ook de Nijverheidsdwarsstraat, de Fabrieksstraat, de Gildestraat en de Neringstraat. In Den Helder ligt een industrieterrein met niet alleen een Industrieweg, een Ambachtsweg, een  Bedrijfsweg en een Nijverheidsweg, maar ook nog een Nijverheidskade, een Energieweg, een Handelsweg en een Handelskade. En zo kan ik nog wel even doorgaan. Het lijkt of gemeentes gedacht hebben: "Ach, aan die straten komen toch alleen maar bedrijven, dus daar hoeven we niet zo moeilijk over te doen".

Ken je klassieken
Als je eens iets anders wilt dan een Industrieweg of een variant daarop, dan kun je straten op je bedrijventerrein naar Mercurius of Hermes noemen. Mercurius was immers de Romeinse god van de handel en de winst, en Hermes was zijn Griekse evenknie. In Krommenie hebben ze die twee gewoon allebei gekozen; daar loopt de Mercuriusstraat over in de Hermesstraat. De combinatie van die twee komt wel vaker voor. In Ochten zijn de Mercuriusweg en de Hermesweg twee opeenvolgende zijstraten van... de Industrieweg. In Vlissingen heeft is de Mercuriusweg uit op de Hermesweg en die kruist dan verderop weer met de Industrieweg en de Oude Industrieweg. Het is allemaal niet zo moeilijk.

Wees innovatief
Plaatsen die eens wat nieuws willen proberen, noemen de straten op hun industrieterrein naar uitvinders zoals Edison en Marconi. Daarmee geef je je terrein ook meteen een innovatieve uitstraling mee. Er zijn genoeg uitvinders om een heel terrein mee te vullen, en iedere plaats kan daaruit zijn eigen selectie maken. Behalve voor Edison en Marconi, kiest men bijvoorbeeld ook voor Bell, Einstein, Archimedes, Pasteur, Volta, Diesel en Nobel. Er zijn tientallen bedrijventerrein waar de straten in dit thema gekozen zijn. In Berkel en Rodenrijs liggen de Marconisingel en de Edisonstraat overigens twee straten verwijderd van... de Industrieweg. Daar is-tie weer.

Soms worden de standaardnamen aangevuld met wat 'eigen' straatnamen. Boxmeer heeft bijvoorbeeld op industrierrein Saxe Gotha heel traditioneel een Industriestraat, een Nijverheidstraat, een Handelstraat en een Exportstraat, maar daarnaast ook straten die genoemd zijn naar plaatselijke industriëlen zoals Heinz Moormann, Wim de Körver en Ingenieur Wagter. Rotterdam heeft in de Spaanse Polder wel een Industriestraat, maar de kruisende straten - zoals de Gantelstraat, de Wilkstraat en de Linschotenstraat - zijn allemaal naar riviertjes genoemd. Hoe bedenken ze het?

Het zal ongetwijfeld bruisen van de creativiteit en innovatie op al die terreinen... maar in de straatnamen zie je dat helaas niet terug. Wie bedenkt er eens iets nieuws voor de straten op een industrieterrein?

Woorden spellen met straatnamen - loop je even mee?

$
0
0
Kom, we gaan wat leuks doen. We gaan straatnamenspelroutes lopen! Bij een straatnamenspelroute maak je een wandeling door een aantal straten, en de eerste letters van de straatnamen spellen samen een woord. Loop je bijvoorbeeld in Amsterdam van de Spiegelgracht via de Prinsengracht en de Egelantiersgracht naar de Lijnbaansgracht, dan spel je... SPEL. Hoe toepasselijk. Zo kom je nog eens ergens.

(Met dank aan Joost Tel die met slim programmeerwerk een heleboel straatnamenspelroutes heeft gevonden.)

Ik begin met drie leuke routes als voorbeeld. De eerste kun je het beste in huppelpas lopen, bij de tweede moet je het vuur uit je sloffen lopen en we sluiten af met een ereronde:
  • HUPPELPAS: Herengracht - Utrechtsestraat - Prinsengracht - Passeerdersgracht - Eerste Passeerdersdwarsstraat - Looiersgracht - Prinsengracht - Amstel - Sarphatistraat (in Amsterdam)
  • VONKENREGENS: Van Oldenbarneveltlaan - Oude Loosdrechtseweg - Neuweg - Koningsstraat - Emmastraat - Nassaulaan - Rembrandtlaan - Eikbosserweg - Gijsbrecht van Amstelstraat - Egelantierstraat - Neuweg - Silenestraat (in Hilversum)
  • ERERONDE: Eerste Helmersstraat - Rhijnvis Feithstraat - Eerste Helmersstraat - Rhijnvis Feithstraat - Overtoom - Nassaukade - De Clercqstraat - Elisabeth Wolffstraat (in Amsterdam)
Soms moet je onderweg kiezen bij zo'n straatnamenspelroute. Als je bijvoorbeeld deze route loopt:
  • VEDETTE: Vondelstraat - Eerste Constantijn Huygensstraat - Derde Helmersstraat - Eerste Constantijn Huygensstraat - Tweede Helmersstraat - Tweede Constantijn Huygensstraat - Eerste Helmersstraat (Amsterdam)
kom je aan het eind voor de keuze te staan of het meervoud nou VEDETTEN of VEDETTES is. Voor de eerste moet je nog even de Nicolaas Beetsstraat in en voor de tweede moet je aan het eind van de route het Staringplein kiezen. Het maakt gelukkig niet uit wat je kiest, want beide schrijfwijzen zijn goed. Het bijzondere van deze route is trouwens dat je niet alleen door de Eerste Helmersstraat komt, maar ook door de Tweede Helmersstraat en de Derde Helmersstraat. Spaar ze allemaal, die Helmersstraten!

Rare loopjes
Als je een straatnaamspelroute loopt, loop je wel het risico dat omwonenden denken dat je verdwaald bent. Ik vind het bijvoorbeeld wel grappig om te zien hoe sommige woorden met veel E's iedere keer weer op dezelfde straat uitkomen:
  • FIEDELEN: Frankrijkkade - Italiëstraat - Europalaan - Duitslandstraat - Europalaan - Luxemburgstraat - Europalaan - Nederlandstraat (Almere)
  • WELEDELE: Willy Mullenskade - Erich Salomonstraat - Lumièrestraat - Erich Salomonstraat - Daguerrestraat - Erich Salomonstraat - Lumièrestraat - Erich Salomonstraat (Amsterdam)
  • RESERVELEGER: Roelantstraat - Erasmusgracht - Sanderijnstraat - Erasmusgracht - Roelantstraat - Vier Heemskinderenstraat - Erasmusgracht - Lanseloetstraat - Erasmusgracht - Griseldestraat - Erasmusgracht - Roelantstraat (Amsterdam)
  • REGENEREREN: Rombout Hogerbeetsstraat - Eerste Hugo de Grootstraat - Gillis van Ledenberchstraat - Eerste Hugo de Grootstraat - Nassaukade - Eerste Hugo de Grootstraat - Rombout Hogerbeetsstraat - Eerste Hugo de Grootstraat - Rombout Hogerbeetsstraat - Eerste Hugo de Grootstraat - Nassaukade (Amsterdam)
Bij woorden waarin een lettergreep zich herhaalt, loop je gewoon een rondje dubbel:
  • TAMTAMS: Toccatastraat - Allegrostraat - Menuetstraat - Toccatastraat - Allegrostraat - Menuetstraat - Saxofoonpad (Almere)
  • PIRIPIRI: Parallelweg - Industrieweg - Randweg - Industrieweg - Parallelweg - Industrieweg - Randweg - Industrieweg (Beverwijk)
  • KOEKOEK: Koningslaan - Oranje Nassaulaan - Emmalaan - Koningslaan - Oranje Nassaulaan - Emmalaan - Koningslaan (Amsterdam)
Zo kun je zelfs drie rondjes dansen op dit kruispunt:
  • CHACHACHA: Cornelis Danckertsstraat - Hendrik van Bontsfortstraat - Arent van 's-Gravesandestraat - Cornelis Danckertsstraat - Hendrik van Bontsfortstraat - Arent van 's-Gravesandestraat - Cornelis Danckertsstraat - Hendrik van Bontsfortstraat - Arent van 's-Gravesandestraat (Rotterdam)
Bij een palindroom loop je dezelfde route op en neer, zodat je weer op je vertrekpunt eindigt:
  • ROTATOR: Rijksstraatweg - Overtonweg - Timorstraat - Archipelstraat - Timorstraat - Overtonweg - Rijksstraatweg (Haarlem)
  • TESTSET: Ter Wormstraat - Eckartstraat - Sandenburgbaan - Twickelerf - Sandenburgbaan - Eckartstraat - Ter Wormstraat (Rotterdam)
  • MAANDNAAM: Metselaar - Ambachtslaan - Achterompad-West - Noorderveenweg - Dorpsstraat - Noorderveenweg - Achterompad-West - Ambachtslaan - Metselaar (Assendelft)
  • MAANDNAAM: Madelieftuin - Amaryllistuin - Astertuin - Noorderparklaan - De Eilanden - Noorderparklaan - Astertuin - Amaryllistuin - Madelieftuin (Bergschenhoek)
  • STAALPLAATS: Saxofoonpad - Toccatastraat - Allegrostraat - Andantestraat - Largopad - Preludeweg - Largopad - Andantestraat - Allegrostraat - Toccatastraat - Saxofoonpad (Almere)
Leuk, al die rondjes en dat heen-en-weer-geloop. Maar het is natuurlijk veel mooier als je een route kunt lopen waarin je in iedere straat maar één keer komt. Bij isogrammen weet je dat zeker, om de eenvoudige reden dat dat woorden zijn waar iedere letter maar één keer in zit. Drie voorbeelden:
  • MONARCH: Mauritsstraat - Oude Binnenweg - Nieuwe Binnenweg - Aelbrechtskade - Rochussenstraat - Claes de Vrieselaan - Hondiusstraat (Rotterdam)
  • PSALMEN: Perronzijde - Stommeerkade - Aalsmeerderweg - Legmeerdijk - Mijnsherenweg - Einsteinstraat - Nobelhof (Amstelveen)
  • VORKJES: Vondelkerkstraat - Overtoom - Rhijnvis Feithstraat - Kanaalstraat - Jan Pieter Heijestraat - Eerste Helmersstraat - Staringplein (Amsterdam)
Maar bij deze routes kom je ook nooit meer dan één keer in dezelfde straat:
  • WERKADRES: Wachterliedplantsoen - Egidiusstraat - Reinaert de Vosstraat - Karel Doormanstraat - Admiraal de Ruijterweg - De Rijpgracht - Roelantstraat - Erasmusgracht - Sanderijnstraat (Amsterdam)
  • SNACKBAR: Silenestraat - Neuweg - Azaleastraat - Chrysantenstraat - Koningsstraat - Bloemstraat - Anjelierstraat - Rozenstraat (Hilversum)
  • CANADEES: Catharina van Clevelaan - Amsterdamseweg - Nieuwe Kalfjeslaan - Amstelveenseweg - De Boelelaan - Europaboulevard - Europaplein - Scheldeplein (Amstelveen)
  • DELETET: Derde Egelantiersdwarsstraat - Egelantiersstraat - Lijnbaansgracht - Egelantiersgracht - Tweede Egelantiersdwarsstraat - Eerste Leliedwarsstraat - Tweede Egelantiersdwarsstraat (Amsterdam)
Die laatste vind ik sowieso wel weer mooi omdat je niet alleen de Egelantiersstraat en de Egelantiersgracht doorkomt, maar ook nog de Tweede Egelantiersdwarsstraat en de Derde Egelantiersdwarsstraat. Het was mooi geweest als we voor de derde E de Eerste Egelantiersdwarsstraat hadden kunnen nemen, maar die sluit helaas niet goed aan.

Sponsorloop
Misschien moet ik eens kijken of ik dit straatnaamspel commercieel kan gaan exploiteren. Ik weet in ieder geval al welke multinational in als sponsor moet benaderen:
  • COCACOLA: Cornelis Krusemanstraat - Okeghemstraat - Cornelis Krusemanstraat - Amstelveenseweg - Cornelis Krusemanstraat - Okeghemstraat - Lomanstraat - Amstelveenseweg (Amsterdam)
Nou is de grote vraag nu natuurlijk: zijn er bij jou in de buurt ook straatnamenspelroutes? Als je nu je voordeur uitloopt, kun je dan een route lopen waarmee je een woord kunt spellen? Ik ben benieuwd!

Toponiemstapelingen: van de Zuidplaspolderweg naar het Oudelaanmolenslootpad

$
0
0
Alle onze plaatsen, straten en rivieren hebben wel een naam. Vaak staat die naam op zichzelf, maar het komt ook best veel voor dat die naam naar een andere naam verwijst. En die naam verwijst misschien wel weer naar nóg een andere naam. Haarlemmermeerpolder bijvoorbeeld (de polder van de Haarlemmermeer, wat een meer was bij Haarlem), of de Spaarndammerdijk (een dijk bij de Spaarndam, wat een dam was in de Spaarne). Ik noem dat toponiemstapelingen.

'Toponiem' is het officiële woord voor topografische namen, dus namen van een geografische plek. Volgens sommige mensen gaat het bij toponiemen alleen om plaatsnamen, maar in een ruimere definitie horen er ook hydroniemen (namen van rivieren en zo), hodoniemen (het officiële woord voor straatnamen) en oroniemen (namen van bergen) bij. En die kun je dus stapelen. Ik moest daar vanmiddag aan denken toen ik langs de Schiebroekse Parkflat in Rotterdam kwam. Ooit was er een rivier en die noemde men de Schie, daar lag een moerassig land naast en dat noemde men Schiebroek, dat werd een wijk van Rotterdam en daar legde men een park aan en dat werd het Schiebroekse Park, en daar bouwde men een flat bij en dat werd natuurlijk de Schiebroekse Parkflat.

Ik noemde in de inleiding al de Haarlemmermeerpolder en de Spaarndammerdijk. Drievoudige toponiemstapelingen zijn dat. Een ander voorbeeld is het Poortlandplein in Delft (het land buiten de stadspoort heette het Poortland, en het plein dat nu op die plek ligt heet dus Poortlandplein). Zo heb je ook de Zuidplaspolderweg (in Moordrecht), het Grachtswalplein (in Harlingen), de Maashavenkade en de Maashavenstraat (in Rotterdam) en de Peelheideweg (in America).

Een paar jaar geleden schreef ik hier al eens wat over een viervoudige stapeling, alleen noemde ik het toen nog niet zo. In Delft ligt een pad langs een sloot die leidde naar een molen bij Oudelaan, en dat pad heet natuurlijk het Oudelaanmolenslootpad. Jammer dat het pad niet naar de poort is genoemd die daar ooit gestaan schijnt te hebben: het Oudelaanmolenslootpoortpad was nog mooier geweest, qua stapeling.

Ken jij ook van die stapelingen? En kan het misschien nog langer dan het Oudelaanmolenslootpad?

Wonen in schilderijen - waarom zijn er zo weinig straten genoemd naar beroemde schilderwerken?

$
0
0
Er zijn nogal wat steden en dorpen in Nederland met een schilderswijk. Naar Rembrandt van Rijn zijn meer dan 200 straatnamen genoemd en ook Hals, Potter, Van Gogh en Vermeer doen het goed. Bij schrijvers zie je nog wel dat er niet alleen straten naar de schrijvers zelf zijn genoemd, maar ook naar hun boeken of romanfiguren. Straten die zijn genoemd naar bekende schilderwerken blijken echter nauwelijks voor te komen. We gaan eens op zoek.

Wat zijn de bekendste schilderijen? Ik denk zelf bijvoorbeeld aan het Meisje met de parel van Vermeer, De stier van Potter en de Zonnebloemen van Van Gogh. Er zijn wel straten genoemd naar meisjes, parels, stieren en zonnebloemen, maar die straatnamen hebben niks met de schilderijen te maken. Een ander bekend schilderij van Vermeer is Het melkmeisje. In De Meern hebben ze een Melkmeisjeslaan. Die straat ligt echter tussen de Gouvernantelaan, Marketensterlaan en Ganzenhoedsterlaan, en het blijkt hier dus om oude vrouwenberoepen te gaan. Misschien dat het schilderij hier wel van invloed is geweest op de keuze van het beroep, maar het gaat in Weesp vooral om het beroep. Vermeer schilderde ook Het straatje. Er zijn een stuk of tien plaatsen in Nederland waar een straatje ligt dat Het Straatje of 't Straatje heet, maar die hebben allemaal niks met het schilderij te maken. Straatje is natuurlijk ook helemaal geen vreemde naam, voor een straatje.

Het beroemdste schilderij is waarschijnlijk De Nachtwacht van Rembrandt van Rijn. In Etten-Leur ligt een Nachtwachtstraat en die heeft de Schildershof als zijstraat. Dat kan toch haast geen toeval zijn, zou je denken... het moet hier wel om de schilder en zijn schilderij gaan. Maar andere straten in de buurt heten Schipperstraat, Smidweg en Koetsierhof. Vermoedelijk is de nachtwacht hier dus gewoon als beroep vernoemd. Dat geldt ook voor de Nachtwachtstede in Nieuwegein, nabij de Weverstede en de Tinnegieterstede. De Staalmeesters is een ander bekend schilderij van Rembrandt van Rijn. In Weesp ligt een Staalmeesterspad en in Delft een Staalmeesterstraat, maar die liggen ook weer in een buurt waar de straten allemaal naar oude beroepen zijn genoemd. Geen vernoeming naar het schilderij dus.

De Nachtwacht is trouwens de bijnaam van het schilderij, want officieel heet het De compagnie van kapitein Frans Banning Cocq en luitenant Willem van Ruytenburgh maakt zich gereed om uit te marcheren. Maar bij die naam heb ik ook geen straatnamen kunnen vinden. Dat is trouwens het probleem van veel andere schilderijen: de naam leent zich gewoon niet zo voor een straatnaam. Bij schilderijen met namen zoals De anatomische les van Dr. Nicolaes Tulp, Caféterras bij nacht, Molen bij Wijk bij Duurstede, De lachende cavalier of Zelfportret is het maar beter dat er geen straten naar genoemd zijn.

Zo komen we nergens. Bestaan er überhaupt wel straten die naar schilderijen zijn genoemd? Jazeker, en met De Nachtwacht en De Staalmeesters zaten we ook al erg in de buurt. Aan de rand van het Rembrandtpark in Amsterdam liggen namelijk de Nachtwachtlaan en de Staalmeesterslaan; een park voor de beroemde schilder en twee lanen voor zijn beroemdste werken. En als je in Lochem de Rembrandtlaan volgt, kom je uit op het Nachtwachtplein. Ook daar is de vernoeming van het schilderij gekoppeld aan de vernoeming van de schilder zelf. Hiermee staat de teller voor de werken van Rembrandt op drie, maar meer heb ik er ook niet kunnen vinden.

We gaan snel verder naar Schoondijke, een plaats in Zeeland met ongeveer 50 straatnamen. Daar liggen in de schilderswijk onder andere een Rembrandt van Rijnstraat, een Frans Halsstraat en een Vincent van Goghstraat, maar ook... het Straatje van Vermeer! Ze hadden die straat natuurlijk de Johannes Vermeerstraat kunnen noemen, maar op deze manier vernoemen ze in één klap de schilder en een van zijn bekendste werken. Een pareltje.

Als er straten zijn genoemd naar werken van Rembrandt van Rijn en Johannes Vermeer, dan zal Vincent van Gogh toch ook wel ergens een vernoeming hebben? Gelukkig wel. Daarvoor gaan we naar Nuenen, waar Van Gogh een tijdlang woonde. Nabij de Vincent van Goghstraat en de Theo van Goghhof (genoemd naar zijn broer) ligt daar het Aardappeleterssteegje. Een prachtige naam. En mocht je nou denken dat dat steegje best eens gewoon genoemd zijn kunnen zijn naar een paar mensen die graag aardappels eten: op het straatnaambord staat als onderschrift "naar het schilderij van Vincent van Gogh - 1885", dus hier is geen enkele twijfel mogelijk.

Twee keer De Nachtwacht, een keer De Staalmeesters, een keer de Aardappeleters en het Straatje van Vermeer. Daarmee kom ik dus in totaal op vijf straten die naar schilderijen zijn genoemd. Dat is denk ik niet genoeg om een museum mee te vullen. Of heb ik er misschien ergens nog eentje gemist?

Over koele plekken en koude wijn: 100 straatnamen om de hittegolf mee te trotseren, en één straat in de zonneschijn

$
0
0
Wat een hitte! De thermometer loopt hier en daar op naar veertig graden. Wordt die hoge temperatuur je te veel? Ik heb 100 straatnamen gevonden die je kunnen helpen. Ben je bijvoorbeeld op zoek naar een koele plek? Dan is de Koeleplekstraat (in Didam) vast iets voor jou!

Zoek je een lekker plekje in de schaduw? Probeer dan eens de Schaduwgras (Spijkenisse), het Schaduwpad (Leiden) of Schaduwrijk (Puttershoek en De Meern). Is de schaduw niet koel genoeg? Bezoek dan de Koelhuisdreef (Sint-Annaland), de Koelhuisstraat (Huissen) of de Koelhuisweg (Sint-Annaland en Kraggenburg). Moet het nog kouder? Dan kan ik je de IJskelderlaan (Doorn) of de IJskelderstraat (Tilburg) aanbevelen.

Drinken
Met deze hitte moet je veel drinken. Ben je op zoek naar water? Ga dan naar de Waterstraat, want die hebben we in overvloed. De Waterstraat kun je vinden in meer dan veertig plaatsen verspreid over het hele land, waaronder Beek (!), Goes, Goor, Schaijk, Thorn, Tiel, Ulft, Velp en Wouw. Er ligt er vast ook een ergens bij jou in de buurt. Ben je meer het type die in plaats van gewoon 'water' op het terras aan de ober om 'een watertje' vraagt? Het Watertje kun je vinden in Hoorn en Zoeterwoude. Nog lekkerder: IJswater (Houten) of zelfs een hele IJszee (Emmeloord).
Liever een verfrissend biertje? Snel naar de Bierdijk (Hippolytushoef), Biersteeg (Hilversum), Bierkaai (Middelburg), Bierkade (Edam, Purmerend, Enkhuizen, Hoorn, Alkmaar, 's-Gravenhage, Oud-Beijerland, Goes, Blokzijl, Leeuwarden, Den Helder, 's-Gravenhage, Rotterdam, Geertruidenberg, Lochem, Deventer) of de Bierweg (Blaricum, Huizen en Wemeldinge). Ook mooi: de Tuin van Bier (Moordrecht).

Houd je niet van bier, maar heb je liever een koud wijntje? Dan biedt de Coudewijnstraat (Deventer) uitkomst.

Koel, koeler, koelst
Als het in bovenstaande straten te druk wordt, zijn er genoeg alternatieven: Koelinge (Hoogvliet Rotterdam), Koelenstraat (Heythuysen en Baexem), Koelenweg (Beringe en Huis ter Heide), Koel (Swalmen en Brunssum), Koeldijk (Leveroy), Koele (Dalfsen, Appelscha), Koelestraat (Oud Gastel), Koeleweg (Ossendrecht), Koeleweg (Oldebroek), Koelerweg (Harfsen) en de Koelstraat (Ell). In de Koelaan (Zeist) voelt het vast ook koel aan. Je kunt het eventueel nog in Koele Mei (Breda) proberen, maar waarschijnlijk ben je daar twee maanden te laat (♪♫ "Het is zo koel in mei, ik heb nergens woorden voor"♫♪).

Is koel niet koud genoeg? Ga dan snel naar de Koude Dijk (Hengevelde), Koude Hoek (Montfoort), Koudehoek (Oudeschans), Koude Maas (Nistelrode), Koudemaas (Aarle-Rixtel), Koudelaan (Bilthoven en Lage Vuursche), het Koudepad (Goirle) of de Koudeweg (St.-Jacobiparochie). Zoek je de koude in stijl? Denk dan eens aan Coudenborch (Berlicum).

Ook een goed idee met deze hitte: de Couburgstraat in Koudekerke. Een koude straat in een koude plaats!

Of zoek de zon op
Houd je juist wel van deze zon en hitte? Dan zoek je misschien helemaal geen verkoeling. Ga dan lekker in De Zonneschijn zitten in Molenhoek.
   

Viewing all 277 articles
Browse latest View live